Blad 64 Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001 zegt ze daarmee dat zij haar recht om die boete te innen gewoon recht overeind wil houden. Dat maakt dat ik voorstel om de overeenkomst de overeenkomst te laten zijn. Onze mededeling, die wij in de persverklaring gedaan hebben, blijft wat mij betreft staan, maar sprake van schrappen van het artikel 6 is dus niet mogelijk. (De heer Van Mourik: Even voor de helderheidvorige week was er sprake van een situatie waarin wij ik dacht op dinsdag te horen kregen dat mevr. Van Maaren via de advocaat had laten weten dat ze af wilde van clausule 6. Die clausule die werkt ook niet, keerde zich tegen ons. En nu zegt u: ik zal er nu op dit moment ook wel van afwillenmaar nu wil de andere partij niet meer. Is dat de correcte situatie?) Ja, dat klopt. Wij hebben die uitspraak gedaan in de persverklaring en hebben gezegd: wij gaan niet innen. Wij hebben daar achteraan gezet van wij gaan overleg voeren met mevr. Van Maaren, dat gaat via de advocate. Het overleg heeft plaatsgevonden en het heeft niet opgeleverd dat zij bereid is om: a. niet dezelfde verklaring te doen, maar b. niet het artikel te willen schrapper.. (De heer Van Mourik: Het komt erop neer dat het college een genereus gebaar heeft gemaakt, of de wethouder moet ik zeggen, wij maken nog nu nog in de toekomst gebruik van die incassoregelingnoem ik het dan maar, en dat de andere kant, dat de tegenpartij dat voordeel heeft geïncasseerd en vervolgens haar eerder gedane verzoek in trekt Ja, dus ondanks het feit dat zij nu zegt: ik vind het een heel ondemocratisch artikel, zich eigenlijk nu het recht voorbehoudt om de f 50.000,-- te gaan innen, als zij vind dat zij onnodig beschadigd wordt Dan wil ik nog wat zeggen over opmerkingen, die hier vandaag gemaakt zijn, over de bestuurscultuur, niet in algemene zin, want ik heb al gezegd dat is goed is om daarover door te praten, zeker nu de dualisering er aankomt, maar de opmerkingen die gemaakt zijn over de kwaliteit van het college. Wij hebben er behoefte aan om te zeggen dat dit college - en dan kijk ik nog even naar de periode dat wij hier gezeten hebben - er absoluut niet zielig doet over wat er gepresteerd is. Als wij kijken naar het bestuursprogramma en naar de output, die dit college geleverd heeft, dan hebben wij de neiging om te zeggen dat er eigenlijk helemaal geen rede is om nou te doen alsof dit college zo zwak is. Dus dat is een beeld wat wij absoluut niet willen laten bestaan. Er is al gezegd, mevr. Van Maaren had natuurlijk niet alleen te maken met dit college, waar twee nieuwe wethouders in zaten, maar mevr. Van Maaren heeft ook te maken gehad 2,5 jaar geleden met een voltallig college, wat door er ongelofelijk hard tegenaan ging, enorm collegiaal was, overigens nog steeds is. Het geeft geen pas om het nu af te doen en te zeggen: kijk waar ik mee moest werken zijn allemaal nieuwe mensen en er komt niets uit. Ik denk dat wat dat betreft wij als college toch wel heel graag overeind willen houden dat we nu niet moeten doen alsof wij een Blad 65 Verslag van de raadsvergadering van 29 oktober 2001 uitermate zwak bestuur hier in Leeuwarden hebben of een zwak college Voor wat betreft mijn eigen positie, want daar is natuurlijk ook over gesproken, is natuurlijk een feit dat ik namens het college moest optreden in deze hele zaak rond het ontslag van de burgemeester. Er ontstonden wat dat betreft natuurlijk onmiddellijk twee partijen. Ik heb ook die verantwoordelijkheid genomen, het overleg met de fractie voorzitter voorgezeten en naar buiten toe namens het college het woord gevoerd. Gezien alle commotie, die er geweest is, krijg je die commotie dan ook een beetje op je eigen hoofd. Dat is niet leuk, maar het is niet zo dat ik de strategie bedacht heb en dat ik de commotie in mijn eentje heb veroorzaakt. Ik denk dat helder is geworden dat we daar zeer uitvoerig over gecommuniceerd hebben. Ik ben dan ook van mening dat we fouten hebben gemaakt, inschattingsfouten hebben gemaakt, ik vind het goed om die toe te geven, ook naar de media, maar dat is niet iets wat ik op mijn dooie eentje heb bedacht. Nou, nog even dan het mailtje, want dat was natuurlijk van mijn kant en daar zijn ook conclusies uitgetrokken. Ik heb het mailtje inderdaad willen schrijven, omdat ik zag hoe de hype zich begon te ontwikkelen op moment dat ik in ieder geval nog niet doorhad wat daar nou precies de oorzaak van was. Ik heb raadsleden dus inderdaad een riem onder het hart willen steken en willen zeggen van de clausule a. de clausule die we gedaan hebben is niet omdat we ondemocratisch er is geen zwijgplicht; b. zijn, laat alsjeblieft helder blijven dat als je daarop aangesproken wordt dat je niet ondemocratisch bent; c. laten we wel weten welke dingen niet mogen lekken, want ik zag een aantal dingen lekken, lekken van vertrouwelijk informatie hoort in ieder geval niet in een goede bestuurscultuur, laat ik het maar zo zeggen. Dus het mailtje was goed bedoeld, is verkeerd uitgelegd, verkeerd uitgepakt en ik had het beter niet kunnen doen, laat ik het daar bij laten Ik wilde tot slot, na alle zware beraadslagingen, van onze tweede ronde zeggen: wij realiseren ons dat de tijd die wij tegemoet gaan ook nog lastig is, in de zin dat er nogal wat discussies moeten plaatsvinden. Ik wil alleen maar aangeven dat wij als college daar graag aan meewerken. Er zijn zware thema's aan de orde in een stad met grote ambities. Er zijn verbeterpunten en wij zullen nog meer dan voorheen met kracht daar aan werken. En laten we ook niet vergeten dat wij op evenzoveel beleidsterreinen in de noordelijke regio, maar ook op het landelijk toneel, grote stappen gezet hebben en tot toonaangevende prestaties zijn gekomen. Ik denk dat het beeld van dat het hier allemaal verkeerd is, genuanceerd moet worden, dat wij heel veel positieve dingen ook gedaan hebben. Ik wil eigenlijk afsluiten met: wij gaan nu verder, er is een waarnemer benoemt, mevr. de Boer, ik heb er veel vertrouwen in dat we dat met elkaar weer zullen kunnen doen en dat we dat ook met

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 33