Blad 46 Verslag van de raadsvergadering van 12 november 2001 die nieuwe dingen, die met name u vanuit de politieke afweging zo graag wil. Wij willen de motie van de NLP-fractie in die zin als college afraden Verschillenden zijn ingegaan op hoe gaan we nu om volgend jaar met de Jaarrekening, Perspectief en de Begroting. Wij, vanuit het college, hebben op basis van signalen uit de raad voorgesteld om volgend jaar wat meer aandacht te besteden aan de rekening, om daar conclusies uit te kunnen trekken. Omdat wij met elkaar concluderen, met onze accountant en met de Commissie van de Rekening, dat daar heel veel informatie zit die je zou moeten gebruiken, en tot nu toe kwamen we daar slecht aan toe. Er was een onderzoek naar onze planning en controlecyclus die ook aangaf van geef nu wat meer ruimte aan die jaarrekening. Dat, in combinatie met verkiezingen volgend jaar en ruimte voor het nieuwe college om opnieuw eigen keuzes te maken, heeft ons er toe gebracht om te zeggen: laten wij volgend jaar extra ruimte geven aan de jaarrekening, proberen daar heldere conclusie aan te verbinden en Perspectief na de zomer te doen, zodat het college ook enige ruimte heeft om op basis van het nieuwe collegeprogramma een aantal zaken te vertalen. Ik begrijp dat nu een aantal fracties daar weer van terugkomt. Uiteindelijk is de raad de baas en moet de raad maar stemmen. Maar wij hebben in ieder geval gepoogd om het op die manier te doen. Dan even naar de data, waar de Partij van de Arbeid om vraagt en zegt dat zij het eigenlijk naar voren willen. De data, zoals die nu doorgegeven zijn, zijn jaarrekening in juni en Perspectief in november. Daarbij hebben wij rekening gehouden met het feit dat volgend voorjaar met de invoering van de euro heel veel financiële mensen behoorlijk belast zijn. Ten tweede dat er in die meitijd ongelofelijk veel vrije dagen zijn, en te derde iedereen is op campagne en zit met collegeprogramma enz. enz. Dus wij denken als je nu die zaak naar voren trekt, dan zet je niet alleen jezelf, maar ook een ambtelijke organisatie onder een soort druk waarbij, en daar zijn we het eigenlijk ook met elkaar over eens, die al hoog genoeg is. Dus ik zou u willen voorstellen om die planning, zoals die nu gemaakt is, gewoon ook te houden. Daarin hebben we overigens ook rekening gehouden met de raad zelf. Tot nu toe is de klacht steeds geweest dat de ruimte tussen het uitbrengen van Perspectief en het moeten behandelen in de commissie, met alle ruimte voor de raad zelf, klein was. En wij hebben nu juist geprobeerd om die ruimte voor de raad ook een beetje op te rekken, zodat daar ook wat meer plaats komt. Dus ik stel u voor om dat nu zo te houden. Om even bij financiën te blijven, iets over de euro. Mevrouw Dolstra heeft gevraagd of ambtenaren ook een cursus euro hebben gedaan. Bij ons is er vanuit het bestaande budget, vrij hoog budget wat wij uitgetrokken hebben om hier de euro-overgang goed te doen, behoorlijk veel aandacht gegeven aan ambtenaren die straks met die euro moeten omgaan. Dus ik hoop dat dat goed komt. Blad 47 Verslag van de raadsvergadering van 12 november 2001 Dan is er nog een vraag gesteld over de belastingen. Eerlijk gezegd verbaasde mij dat, meneer Boorsma. Vorige week in Commissie Bestuur en Middelen heb ik gezegd dat we een traject hebben afgesproken met elkaar waarbij we in het kader van de brede risico-inventarisatie ook naar de inventarisatie van risico's bij de afdeling Belastingen zouden kijken. Ik wil dat eigenlijk graag naar voren halen, omdat er een soort gevoel groeit alsof ik dingen zou achterhouden, dat is niet waar. Ik wil niks achterhouden, ik wil met u discussie voeren en zoals ik dat nu bekijk wordt dat 21 en 28 november a.s. Waarbij we 21 november het hele informatieve deel aan u voorleggen en 28 november het hele besluitvormingstra ject doen. (De heer Boorsma: Dat is ook prima. Ik heb contact opgenomen met de ambtelijke organisatie en gevraagd: op welke manier komt de oorspronkelijke notitie van Monsma, wat zoveel stof heeft op doen opwaaiennaar buiten. Toen is tegen ons gezegd: het kan zijn dat het ter inzage komt te liggen voor de raadsleden. Dat vinden wij te mager. Wat ons betreft komt het gewoon in zijn geheel naar buiten en als het even kan nog deze week. Dat is waar het om gaat. Als het even kan, zou ik dat ook willen. Ik heb deze week nog contact met de heer Monsma en wij moeten kijken, voor alle zekerheid, of we geen dingen naar buiten doen die niet naar buiten mogen. Dus het is niet een kwestie van willen, maar een kwestie van wat kan en wat niet kan. Mijn stelling daarin is alles wat openbaar kan, moet openbaar worden. (De heer Roekiman: De burgemeester heeft net aangegeven dat we na een jaar in ieder geval de besloten vergadering openbaar zullen maken. Dat geldt dus voor alle besloten vergaderingenik neem aan dat dat dan op een gegeven moment wel mogelijk zou zijn. Wij komen daar in de tweede termijn nog op terug.) Dat ging over notulen en wij hebben het nu over wat anders dan notulen van besloten vergaderingen. Dan wil ik even naar mijn eigen portefeuille Welzijn. Ik hoor twee fracties in feite hier vanavond zeggen: wij zijn niet voor de f 1 miljoen professionalisering welzijnsinstellingenIk ga er vanuit, bij Perspectief is dat voorstel aan de orde geweest en is dat aangenomen. Ook daar zijn fracties geweest die gezegd hebben van, wij zijn er geen voorstander van, dus ik merk dat verder wel. De CDA-fractie zegt: wij zijn ook tegen aanbesteden. Die hele discussie hebben we nu net in de commissie aan de orde gehad. Overigens is het niet zo dat wij in een keer het hele welzijnswerk gaan aanbesteden. Een aantal onderdelen is aanbe steed, met een aantal, waar dat nodig is, gaan we nu proberen tot voorstellen te komen, maar het is niet zo dat we het hele welzijnswerk in een keer gaan aanbesteden. Dan is er gevraagd naar studentenstad door de heer Boorsma. Ook daar ben ik kort geleden, ik dacht in de commissie Welzijn of commissie Bestuur en Middelen, vrij uitvoerig op in gegaan. De

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 24