Blad 32 Verslag van de raadsvergadering van 29 november 2001 erkennen wij hier volmondig, daar draaien wij ook niet omheen, het ware beter geweest u daarover duidelijker te informeren. Een derde opmerking. Er zijn opmerkingen gemaakt over de bestuurscultuur, over de manier waarop dit college omgaat met het nemen van besluiten, met het overleg met anderen en dat soort dingen. Laat ik u dit zeggen, vanaf het moment dat het college aantrad tot nu geldt het gegeven absolute openheid. U ziet het aan verschillende dingen, u ziet dat aan persconferen ties ogenblikkelijk na de B&W-vergaderingenKortom, zo open mogelij k Maar voorzitter, gelet op de ernstige situatie natuurlijk die zich voordeed nadat mevrouw De Haan aftrad, was het verstandig om elkaar eens diep in de ogen te kijken en dan is het logisch, maar ook verantwoord naar een ieder die dat wil weten, om als college en collegepartijen overleg te hebben. Daar is volgens ons, en dat zeggen we heel hard, niks mis mee. Bovendien werken we een monistisch systeem, dat betekent dat wethouders vooruit geschoven posten zijn van hun fractie, niks meer en niks minder. Dan kan het zijn dat die twee functies, fractie en wethouder, overleg hebben. En ook daar is niks mee. Natuurlijk verandert dat in de dualisme, dat weten wij alle maal, maar het is nu eenmaal niet anders. Kortom voorzitter, met betrekking tot de informatievoorziening zijn wij het niet eens met de felheid van de gemaakte opmerkin gen, hebben we problemen met betrekking tot de collectieve verantwoordelijkheid, want die hebben we klip en klaar en helder aan u uitgelegd, en hebben we opmerkingen gemaakt over de bestuurscultuur. Tot slot, wij vonden en wij vinden nog steeds dat de kwestie burgemeester, ontslag burgemeester, niets te maken heeft met de belastingkwestie. Ik dank u wel. Mevrouw Hafkamp (weth.): Er zijn door twee fracties opmerkingen gemaakt over de situatie, zoals die toen bij de stichting Werkwijzer was. Ik denk dat het belangrijk is om toch nog even in de herinnering te brengen dat het bestuur, waar zowel wethouder Bilker indertijd en ik nog steeds in zaten, dat het probleem bij de stichting Werkwijzer was dat het bestuur niet geïnformeerd was door het management van de stichting Werkwij zer. Daar is het probleem ontstaan, er was een liquiditeitspro bleem, daar is pas in een heel laat stadium het bestuur over geïnformeerd. Toen dat op tafel kwam, is er ook direct opgetre den en is het management op non-actief gesteld. Ik denk dat het belangrijk is om dat nog even bij u in herinnering te brengen. Verder werd er door één van u opgemerkt dat mevrouw De Haan, hiervoor verantwoordelijk werd gesteld. Ook daar wordt toch een verkeerd beeld van de situatie gegeven. Mevrouw De Haan was Blad 33 Verslag van de raadsvergadering van 29 november 2001 woordvoerder namens het college, dit even voor alle duidelijk heid. Dat de gemeente hier een risico in heeft gelopen, ook dat is uitvoerig in de commissie aan de orde geweest. Voorzitter, dank u wel. De Voorzitter: Dan was dit datgene wat van de zijde van de wethouders hier ter bedde gebracht werd en men ook wilde ter bedde brengen. Ik heb de twee moties hier voor mij liggen. Namens het college wil ik daar een commentaar opgeven. Als eerste ligt daar een motie voor mij van de NLP-fractie en ik lees alleen het besluit voor, zodat u weet over welke motie we het hebben. 'Dat het aanzien van de gemeente en van de politiek gebaat is bij het maken van een frisse start en dat het in dat kader wenselijk is dat alle wethouders thans hun portefeuilles ter beschikking stellen' Het oordeel van het college hierover is dat wij deze motie ten sterkste ontraden. Dan hebben we de tweede motie en die gaat over het feit dat 'het college verzocht wordt een onderzoek te laten uitvoeren door een objectief en onafhankelijk historicus naar de gang van zaken die geleidt hebben tot het aftreden van mevrouw Van Maaren-van Balen als burgemeester van Leeuwarden; het college verzoeken, ter garantie dat het onderzoek onafhankelijk plaatsvindt, aan de Commissaris van de Koning in de provincie Fryslan te verzoeken hiertoe een historicus voor te dragen, de kosten van het onderzoek te zijner tijd te dekken uit de algemene reserve' Het college heeft geen behoefte aan deze motie, maar laat het oordeel verder over deze motie aan de raad. Dit was de beantwoording in eerste termijn van de zijde van het college. Dat betekent dat de tweede termijn van de zijde van de raad nu aan de orde is. Wie kan ik hierover het woord geven. Mevrouw Sijtsma: Ik wou weer een schorsing aanvragen. De Voorzitter: Heeft u enig idee hoelang deze schorsing zal duren? Mevrouw Sijtsma: Lang denk ik. De Voorzitter: Maar hoelang is lang, is dat tien minuten, is dat een kwartier? Mevrouw Sijtsma: Nee, nee, langer. Wel een kwartier, een half uur minimaal

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 17