Blad 32 Verslag van de raadsvergadering van 17 december 2001 langer in deze raad zit dan ik, is hem toch waarschijnlijk ontgaan dat de afspraak hier geldt, dat daar waar het raadsvoorstellen betreft en daar een commissieverslag aan ten grondslag ligt, dat dat niet eerder in behandeling wordt genomen dan wanneer het verslag van de commissie er bij is en goedgekeurd is. Ik heb natuurlijk via de telefoon vreselijke dreigementen laten weten, dat ik niet meer zou meedoen, maar ik begrijp aan de andere kant ook dat er aan het eind van het jaar wel eens wat haast is, maar ik zou toch willen vragen daar in het vervolg rekening mee te houden De wethouder heeft mij al min of meer het gras voor de voeten weggemaaid. Het is een kadernota, het geeft kaders aan, maar het overleg blijft doorgaan en dat lijkt ons ook heel terecht, want aanvankelijk was er van de scholen niets van hun eigen keuze en prioriteiten terug te vinden. Het bestuurlijk overleg was niet geweldig geweest, er was weinig of geen inhoudelijke discussie, maar inmiddels heeft er in ieder geval een aanpassing van de prioriteiten plaatsgevonden. Zoals gewoonlijk is natuurlijk de vraag groter dan dat er budgetten zijn, maar wij kunnen ons als VVD-fractie toch niet aan de indruk onttrekken dat het geld wel wordt weggezet, maar dat het niet wordt uitgegeven. In de commissie is er door mijn fractiege noot Feddema een voorstel gedaan en ik doe het even heel kort door de bocht: jaarlijks een budget creëren voor noodzakelijke voorzieningen en dat geld gebruiken om eventuele aflossingen te doen'De wethouder zou deze suggestie heel serieus bekijken en voor de raad daar op terugkomen. Welke raad had de wethouder toen in gedachten? Deze kennelijk niet. Wij willen graag in ieder geval dat het geld ingezet wordt voor de allerergste knelpunten, maar zover is hij zelf ook wel, denk ik. Wij hebben in de commissie gepleit voor doorcentraliseren van de financiën, zoals dit ook bij het hoger onderwijs het geval is. Nu kan dat nog niet, er moeten allemaal wetswijzigingen voor plaatsvinden. Wij vermoeden of weten eigenlijk wel zeker dat het er toch wel van zal komen, maar wij willen graag dat de wethouder onderwijs, daar waar het mogelijk is, er nu toch al vast maar op vooruit loopt. Er komt voor de scholen steeds meer autonomie, daar zijn we het allemaal mee eens, dus wij vinden het ook logisch dat dat voor het voortgezet onderwijs ook zou kunnen, daar waar het de financiën betreft. Het zijn hele grote organisaties met deskundige mensen en het is onzin te denken dat de gemeente het beter kan dan de mensen die daar de leiding hebben. Wij zijn van mening, maar ik denk niet dat we dat redden want dat zal wel weer te revolutionair zijn, dat het toch het beste is om heel erg drastisch te saneren en de oude schoolgebouwen te verkopen, want het blijft toch een beetje goed geld naar kwaad geld gooien. De situatie rond De Brêge, daar moet natuurlijk absoluut iets aan gebeuren. Wij ondersteunen het idee van de Piter Jelles om op de Blad 33 Verslag van de raadsvergadering van 17 december 2001 groenstrook, dat is bij de Egelantierstraat, daar een gezamenlijke bouw van de Junior en De Brêge gerealiseerd gaat worden. Wij vragen de wethouder hieraan tegemoet te komen. Dat komt ongetwij feld in dat overleg wat hij net heeft aangekondigd wel weer aan de orde Er schijnen in het raadsvoorstel aanpassingen te hebben plaatsge vonden, maar ik heb ze niet terug kunnen vinden. Maar, heeft men mij toen troostend meegedeeld, dat was ook niet werkbaar, dat kon ik ook niet terugvinden en dan krijg ik toch steeds hetzelfde gevoel als wat ik ook bij de spoorwegen heb: Gods spoorwegen zijn ondoorgrondelij k De heer Van Olffen: Ik heb die wijzigingen wel gevonden, want ik dacht dat die wijzigingen onder andere inhielden dat het college weer in overleg gaat naar aanleiding van de gemaakte opmerkingen van de directies in de commissievergadering. Zo heb ik die wijziging gelezen. Dat geeft mij tevens de gelegenheid om een heel deel van mijn verhaal over te slaan. Ik ben ook blij met de toezegging van de wethouder over dat overleg, want het gaf nogal reden tot misverstand in de commissie. Er zijn toch nog een paar punten blijven liggen. Gelukkig heeft hij niet alles kunnen voorzien, anders had ik het hele verhaal weg kunnen gooien. Er is in de commissie ook gesproken over dat er een onderzoek zou plaatsvinden naar een onderwijsfunctie in de manage. Dat vindt onze fractie wat vreemd voorzitter, omdat er nog niet zo lang geleden is afgesproken om eens te kijken naar een bredere functie voor de manege, die meer recht doet aan het bijzondere karakter van de manege. In die zin heeft een onderwijsfunctie in de manege niet onze voorkeur en zouden wij toch graag eerst andere mogelijkheden voor dit bijzondere pand willen onderzoeken, alvorens een onderwijsfunctie wat ons betreft daarvoor in aanmerking zou kunnen komen. Ook ik wil nog even terugkomen op de opmerking die wij ook gemaakt hebben met betrekking tot een eventuele koppeling van De Brêge en Piter Jelles Junior. Het is niet de bedoeling, heb ik later begrepen, om die twee scholen te integreren tot één school, maar de opmerking van Piter Jelles is meer gebaseerd op het eventueel efficiënt kunnen werken van het bouwen van twee scholen, zonder dat ze een geïntegreerd onderdeel van elkaar zijn. Ik wil er wel nadrukkelijk nog aan toevoegen, dat heb ik trouwens ook in de commissie gezegd, dat wat ons betreft de voortgang van de bouw van De Brêge met dat onderzoek niet stagnerend mag werken, het mag niet ten koste gaan van de snelheid van het ingaan van de bouw van De Brêge, dat heeft mevrouw Van Ulzen eigenlijk ook al gezegd. Over de buurtschool heb ik ook een voorbehoud gemaakt. Daar was wat verschil van mening in die zin dat er uitgegaan is in eerste

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2001 | | pagina 17