Blad 38
Verslag van de raadsvergadering van 17 december 2001
Ik begrijp uit de woorden van de heer Stoker dat hij nu al het
oordeel heeft geveld dat van baatbelasting überhaupt moet worden
afgezien en dat hij zonder argumenten en zonder goede overwegingen
besluit om die f 3 miljoen, waarvan de raad in een eerder stadium
heeft gevonden dat er alle reden toe was om wel over te gaan tot
het heffen van die maatregel, om nu zonder de argumentatie en de
overwegingen dat besluit te nemen. Dat is zijn goed recht, maar
het college acht het onverstandig.
De heer Stoker: Mijn argumenten zijn de vorige vergadering
volkomen duidelijk gemaakt. Wij hebben geen vertrouwen in een
goede afwikkeling door dit college van dergelijke onderwerpen.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.
Punt 36b, 36c en 36d (bijlage nrs196, 192 en 193)
De Voorzitter: Aan de orde is:
36b: Tarieven OZB 2002;
36c: Belastingverordeningen;
36d: Afschaffing roerende zaakbelasting.
De heer Veldhuis: Voor ligt het vaststellen van de OZB tarieven
voor 2002. de PvdA-fractie vindt het goed dat motie 5 van 28 mei
j.l. alsnog is uitgevoerd. Daarbij worden de uitgangspunten
gehandhaafd volgens principe dat woningen en niet-woningen een
evengroot deel van de OZB inkomsten opleveren. We zijn het eens
met 1,5% risicomarge, die het college voorstelt. Het doet recht
aan het uitgangspunt dat de gemeente haar geschatte inkomsten
krij gt
Dan een ander punt. Uit de rapportage van Monsma en partners
blijkt dat de gemeente Leeuwarden een unieke vrijstelling heeft,
de vrijstelling OZB heffing geldt voor woningen die in aan- en
verbouw zijn. De PvdA-fractie vraagt het college de regeling van
de vrijstelling terug te draaien. Naast het feit dat er veel werk
voor wordt gedaan en moet worden gedaan, levert het ook nog een
korting op van de algemene uitkering. Hierover zou ik graag een
reactie van het college willen hebben. Dat was 36 b.
36 c, belastingverordening.
In de commissie hebben we een voorbehoud gemaakt op het punt van
de muziekschool. Dit voorbehoud laten we vallen.
Ten aanzien van de drank, horeca en muziekvergunningde fractie
van de PvdA heeft moeite met de grote stijging van dit tarief. Het
Blad 39
Verslag van de raadsvergadering van 17 december 2001
gaat van f 1,30 naar f 35,-. Het college heeft dat beantwoord
doordat het jarenlang niet is verhoogd en nu genoodzaakt is tot
deze verhoging. Wij zouden willen dat deze verhoging niet in een
stap zou moeten worden gedaan, maar deze zou wat ons betreft in 3
jaar kunnen van zeg maar 6 euro per jaar. Graag wil ik hier ook
een reactie van het college op.
36 d, afschaffing van de roerende zaakbelasting.
In het voorstel van het college wordt aangegeven dat er gekeken
wordt naar een nadere vorm om scheepsbewoners te laten betalen aan
de voorzieningen van de stad Leeuwarden. De PvdA-fractie is het
daar mee eens, maar ziet graag een voorstel van het college bij de
behandeling van Perspectief volgend jaar voor het belastingjaar
2003.
De heer Roekiman: Voorzitter, de afgelopen periode is uitputtend
gesproken over de problematiek rondom de gemeentelijke belastin
gen. Mijn fractie heeft het vertrouwen dat het huidige college de
komende tijd daar het nodige aan zal doen. Als we het rapport van
Monsma in ogenschouw nemen, maar ook de daarbij behorende reactie
van het college, dan moet dit allemaal een fluitje van een cent
zijn. Maar toch wil mijn fractie het college vragen of bij de
vaststelling van de tarieven 2002 rekening is gehouden met alle
correcties die zijn doorgevoerd bij de hersteloperatie OZB 1 en 2
Ik vraag dit met nadruk omdat een foutje van een cent grote
gevolgen kan hebben en met de komst van de euro is het zeker
belangrijk om daar goed naar te kijken. Als het gaat om de
afronding naar boven leert de praktijk dat we geen goede
ervaringen hebben, dus ik vraag toch daar de nodige aandacht voor.
Gaarne een reactie van het college.
Met punt 36c zijn we akkoord.
Wat betreft 36d: in de commissievergadering Bestuur Middelen
heeft mijn fractie aangegeven akkoord te gaan met de afschaffing
van de RZB en wel met terugwerkende kracht. Belangrijke reden is
dat de uitvoering van de RZB uiterst gecompliceerd en arbeidsin
tensief is en het rendement zeer laag. Mijn fractie is wel de
mening toegedaan dat een andere vorm van belastingheffing
onderzocht moet worden, omdat door de afschaffing van de RZB toch
een onbedoelde rechtsongelijkheid aan de orde is. Bewoners van
schepen maken net zo goed gebruik van voorzieningen van de
gemeente Leeuwarden. Daarvoor dienen zij net zo goed een
evenredige bijdrage te leveren. Mijn fractie vraagt zich af of een
vorm van baatbelasting ingevoerd kan worden voor de bewoners van
schepen. Gaarne een reactie van het college.
De heer Jacobse: De tarieven van de OZB 2002.
Er is nog eens gekeken naar de tariefberekening. Geconstateerd is
dat de gehanteerde veiligheidsmarges discutabel waren. Voorzitter,