Blad 42
Verslag van de raadsvergadering van 8 april 2002
De start zou dus in het operationele veld plaats moeten
vinden en wij zouden, cq. de gemeente zou, de regie moeten
voeren en niet de taak tot zich moeten nemen om het comple
te systeem op te bouwen en vervolgens na drie, vier jaar te
implementeren in het veld. We hebben inmiddels zorgcoördi
natoren aan de scholen aangesteld. Derhalve vinden wij van
Leefbaar Leeuwarden, laat vanuit het veld onder de zorgco-
ordinatoren dit systeem opgebouwd worden. Het enige wat de
gemeente hierin dient te doen is het vastlimiteren van de
zorgcoördinatoren en het zorgdragen voor een goed overleg
en samenwerking tussen zorgcoördinatoren en ondersteunende
instanties. Daarmee neemt de gemeente zijn taak waar, zoals
die hoor, namelijk de regie voeren en niet de uitvoering.
De heer Krol (weth.): Dit voorstel kent een hele lange
voorgeschiedenis, zoals wij bijna allemaal weten. Het is
begonnen met de nota 'Sturen op kwaliteit'meneer Van der
Wal, ik praat u even bij. Die nota vond binnen het onder
wijsveld geen waardering, laat ik het zo zeggen. Er is ver
volgens doorgewerkt met betrekking tot nog steeds het kwa
liteitsaspect van het onderwijs in de gemeente Leeuwarden.
Men vond elkaar als onderwijsveld en gemeente op basis van
het starten van deze Zorgmonitor. Het heeft een lange voor
geschiedenis gekend, het bestuursoverleg is in november zo
ongeveer akkoord gegaan, nadat alle instellingen, die daar
aan mee zouden moeten doen, hebben gezegd: dit zien wij wel
zitten en dit vinden wij een belangrijke bijdrage aan de
kwanteit van ons onderwijs, met name ais je kijkt naar ri
sicoleerlingen en uitvallers en alles wat daar meer mee te
maken heeft. Op basis daarvan, ook op basis van die lange
voorgeschiedenis, hebben wij als college gemeend u dit
voorstel te moeten doen.
Er zitten allerlei voordelen in, ik hoef u dat allemaal
niet op te noemen, de doelstelling is helder, er staan
meetbare doelen in, zodat er ook vrij nauwkeurig gekeken
kan worden naar drie jaar hoe zich dat verhoudt met de oor
spronkelijke doelstellingen en of die doelstelling gehaald
is. Wat dat betreft is er volgens mij niks aan de hand, is
het ook niet zo dat met betrekking tot RMC en allerlei an
dere zaken we de dingen dubbel of drieduDbel doen, in te
gendeel. Dit is een onderwerp wat op dit moment niet ge
beurt en waarvan de deskundigen, de onderwijsmensen en ook
wij zelf, overtuigd zijn dat dit een goed voorstel is.
Het is duur, dat is waar. Er zijn afspraken gemaakt, de
kosten van de externe projectleider, die moet worden inge
huurd omdat die niet aanwezig is, moeten gemaakt worden. U
ziet dat dat wel afneemt na het eerste jaar. In de raads-
brief is ook duidelijk dat het verschil tussen guldens en
suro s is opgelost, dat misverstand was er binnen de com
missie, maar ik hoop dat dat nu voldoende is duidelijk ge-
Blad 43
Verslag van de raadsvergadering van 8 april 2002
Kan er een jaarlijkse evaluatie plaatsvinden? Ja, op zich
kan dat, maar we moeten daarbij wel bedenken dat het een
project voor drie jaar is, dat de doelstellingen geënt zijn
op het halen van die doelstellingen na drie jaar en het
niet zo is dat als we de evaluatie na één jaar met elkaar
bespreken en kijken naar de voortgang, dat er dan een mo
ment is waarop we zeggen: stop, ho, dit doen we niet meer,
die laatste twee jaar die knopen we er niet meer aan vast.
Het is nadrukkelijk bedoeld, zo is het ook afgesproken met
de besturen van de diverse scholengemeenschappen en scho
len, om dit project drie jaar te laten voortduren. Dus op
het moment dat we kiezen voor een moment van 'ho, stop, nu
doen we het niet meer'dan denk ik dat we opnieuw moeten
gaan overleggen en kijken van hoe we dit doen. Dat is denk
ik een niet begaanbare weg op dit moment. Dus het project
duurt drie jaar. Ik zou u willen voorstellen dat ook voor
drie jaar goed te keuren, wel met evaluatiemomenten, zodat
we nadrukkelijk kunnen volgen wat er gebeurt en kunnen bij
sturen
(De heer Roekiman; Met het laatst ben ik het eens wet de
wethoudermaar op een gegeven moment, zegt hijkomt er
een evaluatie en we mogen niet meer besluiten om het anders
te moeten of.
Af te blazen, daar draait het dan om.
(De heer Roekiman: Als de uitwerking niet als zodanig is
zoals de raad in gedachten heeft, zoals het college heeft
voorgesteld aan de raad, waarmee we akkoord moeten gaan
vanavond, dan mag u van ons niet verwachten dat we zeggen,
dat moeten we niet afblazen. Ik vind dat te ver gaan. Ik
vind dat je een evaluatie zodanig moet gebruiken dat je in
ieder geval twee kanten uit kunt gaan, je kunt aansturen
je kunt bijsturen en je kunt aangeven dat het einddoel nog
gerealiseerd kan worden. Op het moment dat dat niet realis
tisch is, moeten we ook de ruimte hebben om te zeggen, we
moeten dit afblazen.)
Ik blijf erbij dat er een contract voor drie jaar in prin
cipe ligt, dat zijn we van plan aan te gaan, daar rekenen
ook de schoolbesturen op, daar rekent ook het onderwijsveld
op, om hier drie jaar mee aan de slag te gaan. Eerder kun
je de doelstellingen ook niet halen, dat is niet mogelijk.
Het is wel zo dat ik u toezeg dat er kan geëvalueerd worden
en dat we kunnen aansturen, bijsturen en dat soort zaken,
dat is geen enkel probleem. Maar het project duurt drie
jaar.
Kan het ook simpeler, het is een groot bedrag, vraagt me
vrouw Dames. Nee, ik heb u aangegeven dat het niet simpeler
kan, zc is de opzet van het project, zo is dat ingericht en
op dit moment zie ik geen mogelijkheden om dat simpeler te
doen, al ware mij dat natuurlijk liever, gelet op de finan
ciële situatie.