Blad 12
Verslag van de raadsvergadering van 10 juni 2002
van deze lijst ook nog gekeken naar panden die eigenlijk
hersteld zouden moeten worden, die bewaard moeten blijven
en dat zijn er een heleboel in Leeuwarden, maar die vallen
allemaal er buiten. Ze kunnen ook niet tot rijksmonument
verklaard worden, heb ik begrepen van de monumentenambte
naar. We wachten eigenlijk op het samenstellen van een ge
meentelijke monumentenlijst, want dan zouden we weer wat
grip krijgen op welke gebouwen inderdaad behouden moeten
blijven voor Leeuwarden en of we daar iets aan gaan doen.
Het gaat ons met name op dit moment om een gebouw aan het
Vliet wat we heel graag op de lijst hadden willen zetten.
Over de molen van Van Duuren hebben we positieve berichten
over gelezen in de krant, dat de projectontwikkelaar toch
het gebouw wil behouden, zoals de raad ook graag wilde. Dus
ik hoop dat dat ook allemaal doorgaat en ik hoop dat de
wethouder daar ook iets over kan zeggen. Maar op dit moment
krijgen we wat onrustige gevoelens bij de machinefabriek
Van Gerben Van der Kooij, die aan het Vliet staat. Er wordt
gedacht om het machinepark veilig te stellen, maar wat er
met het gebouw zelf gaat gebeuren lijkt niet zo belangrijk
te zijn. Wij zouden graag van de wethouder willen weten of
hij, net zoals de heer Ten Hoeve zegt, aan de slag kan gaan
met een inventarisatielijst en dat dit soort markante ge
bouwen daar ook op kan komen te staan en of hij een nood
plan heeft, mocht eventueel dit gebouw vrijkomen om het te
behouden
De heer Stoelinga: Om niet in herhaling te vallen, ik sluit
me graag aan bij de woorden van de heer Ten Hoeve.
Ik wou daar nog een paar opmerkingen bij maken. Ik had het
wat korter samengevat: 560 monumenten waarvan 43 op een
lijst en dat is dan 10 jaar onderhoud restauratieve voor
zieningen en dat soort zaken, dan denk ik: daar zit geen
visie achter, want ik kan mij niet voorstellen dat die 517
monumenten, die er niet op staan, geen onderhoud danwel
restauratie nodig hebben in de komende 10 jaar.
Wij gaan, gezien helaas het lage budget, akkoord met het
restauratie uitvoeringsplan, mede op basis van de informa
tie die we gekregen hebben van de Stichting Aid Lewert en
NV Stadsherstel. Echter op basis van die informatie willen
we de heer Van der Laan en zijn ambtenaar in ieder geval
een compliment maken voor de communicatie, die met deze
beide instellingen plaatsvindt. Wij vinden toch dat we daar
nog wat op moeten aanvullen.
Het is ons gebleken dat de samenwerking en het overleg met
de Stichting Aid Lewert op dit moment ad hoe en op basis
van eigen initiatief van individuen, dan wel ambtenaren,
plaatsvindt. Leefbaar Leeuwarden is van mening dat ook voor
wat betreft het monumentenbeleid de burger door de politiek
zeer nauw betrokken en serieus betrokken moet worden. Met
dit doel voor ogen lijkt het ons, gezien het ledenbestand,
status en aanwezige kennis en expertise van de stichting
Blad 13
Verslag van de raadsvergadering van 10 juni 2002
Aid Lewert, zinvol het overleg met Aid Lewert te formalise
ren. Is de wethouder c.q. het college dit met ons eens? Zo
ja, bent u bereid dit overleg, deze samenwerking te forma
liseren en zo ja, op welke termijn denkt u in overleg met
Aid Lewert ons hiervoor een uitgewerkt voorstel te kunnen
doen toekomen.
Anderzijds heb ik wat betreft aangeleverde stukken nog wat
opmerkingen. Ik vond dat in de stukken nogal wat onnodige
informatie stond en soms ontbrak informatie, nlmet name
de gegevens wat betreft het lopende budget, dat stond niet
in de stukken. Wij zijn van mening dat aangeleverde stukken
eigenlijk op deze wijze niet in behandeling zouden moeten
worden genomen. Wij hebben behoefte aan korte, bondige,
feitelijke en zakelijke informatie op hoofdlijnen.
Zou u namens ons zorg willen dragen dat wij in het vervolg
inderdaad feitelijke informatie krijgen, die noodzakelijk
is om een besluit te kunnen nemen dan wel te controleren?
De hear Posthumus: Yn de ynlieding by dit stik stiet dat in
nije oanpak aardich suksesfoller is. As je yn de perioade
tusken 2003 en 2006 net iens sa folie krije, dan is alles
wat je fansels mear krije suksesfoller. Mar üs fraach is:
hoe suksesfol is it no echt? Hoe stiet dy goed 400.000,-
yn 2007 oan taseine subsydzje yn relaasje ta it totaalbe-
drach dat nedich is? Kin de wethalder üs dêr in yndikaasje
fan jaan? En hoe stiet it bedrach fan Ljouwert yn ferhal-
ding ta dat fan oare stéden mei safolle monuminten of mei
in fergelykbere posysje. Yn it ferline hat Fryslan foar
kultuer en monuminten faak folie minder krigen as bygelyks
monuminten of stéden yn de Ranestêd, ek relatyf en op grün
fan sa'n oersjocht soe ik pas echt sizze kinne as wy suk
sesfol binne of net.
Yn syn algemienheid hawwe wy dochs wol grutte soargen oer
it yn stan halden fan üs monuminten. Der wurdt oant 2007
hast gjin jild foar ütlutsen en dan slüt ik my ek oan by
foarrige sprekkers, der binne ek hast gjin faklju mear haw
ik begrepen üt de media en de bünte kjifkrobbe slacht ta.
Mar monuminten binne fansels wol de pronkjes fan üs gemeen
te en dy fertsjinje stipe. Wat dat oangiet kinne wy ütein-
lik dochs wol ynstimme mei it program dat foar üs leit.
De heer Brok (weth.): Het is natuurlijk zo dat het rijk, in
de systematiek zoals we die kennen, verantwoordelijk is in
dit land voor de rijksmonumenten. We hebben dat zelf nog
eens een keer verankerd in onze gemeentelijke nota Monumen
tenzorg die ongeveer 2,5-3 jaar geleden door de raad is
aangenomen. In die nota is op een gegeven moment, na ook de
dramatische uitslag van de vorige behoefteraming, vastge
steld dat er geen gemeentelijke gelden in beginsel meer be
schikbaar gesteld mogen worden voor restauratie van rijks
monumenten. En datgene waar eigenlijk alle sprekers