Blad 16
Verslag van de raadsvergadering van 10 juni 2002
aanpak van die panden kunnen komen, dan zal het college
zeer zeker daartoe overgaan en gaan we ook die panden in de
mooiste straat van onze gemeente aanpakken.
Dan ga ik naar mevrouw Inberg, zij wijst naar de gemeente
lijke monumentenlijst. We hebben eerder in de raad afge
sproken dat de monumentennota, de fase 2, later ingevoerd
zal worden. De raad heeft daar niet toe besloten, dus het
college heeft op dit moment ook nog niet de vrijheid om te
komen tot het maken van een gemeentelijke monumentenlijst
en ook daar hebben we geen geld voor en ambtelijke capaci
teiten om dat te doen. Dus ik kan haar daarin op dit moment
niet tegemoet komen.
Zij wijst naar de molen, dat is een molen waar inderdaad al
verschillende keren brede discussie over geweest is in de
raad. De molen heeft op dit moment geen beschermde status,
dus ik kan vanuit mijn portefeuille verantwoordelijkheid
hier niets over zeggen. Ik ga er dus ook niets mee doen.
Maar ik heb begrepen dat de projectontwikkelaar het voorne
men heeft om iets te doen en daarover zouden we binnenkort
geïnformeerd worden via collega Waanders in de commissie
Stadsontwikkeling
Zij vraagt aandacht voor het machinepark van Van der Kooij
Inderdaad een hele unieke collectie, er is een stichting
mee bezig om het machinepark te behouden. Zij vraagt ook
naar het pand, wat gaat u daar mee doen. Voorlopig niks,
want ik heb geen geld om dat pand te verwerven. Het past
ook niet in het gemeentelijk beleid om panden te verwerven
en al helemaal niet als je niet weet als je ze eenmaal ver
worven hebt wat je er dan mee gaat doen. Dus als u heel
graag dat pand wilt kopen, dan verwacht ik een voorstel van
u om ook het krediet beschikbaar te stellen, waardoor het
college in staat is dat pand ook aan te kopen.
De heer Ten Hoeve: Ik heb niet over Van der Kooij gespro
ken, maar wat u zegt klopt niet helemaal, want de gemeente
heeft in het bestemmingsplan Van der Kooij wegbestemd en
het is zelfs zo dat de gemeentelijke weg eindigt op zijn
zijmuur, dus de weg die dv._.rs door het pand moet gaan, die
ligt er al. In de stadsvernieuwingsgelden is toen een be
drag voor Van der Kooij opgenomen, maar ik geloof dat dat
intussen uitgegeven is, maar dat is een ander verhaal, dan
dat er nu geen geld meer beschikbaar is. Blijft overigens
de vraag of die machinefabriek in dat pand moet blijven
zitten en of het niet veel beter bijvoorbeeld in die molen
van Van Duuren kan.
Een aantal van mijn opmerkingen, natuurlijk kunnen we niet
van de monumentennota afwijken, maar beschouw die opmerkin
gen als een soort evaluatie van de evaluatie, die u ons be
loofd heeft.
Blad 17
Verslag van de raadsvergadering van 10 juni 2002
heeft nog niet geantwoord op de boerderijen, maar het be
langrijkste van alles vind ik, ik heb als voorbeeld genoemd
het pand in de Grote Kerkstraat, onze prachtige straat,
waar dit krot straat. Maar er zijn nog een stuk of 6 a 8
van dit soort panden en ik vraag u actief beleid. Naar de
financiering moeten we dan later kijken, dat kan een ver
schuiving betekenen, maar die panden in de Grote Kerk
straat, het zou me niet verbazen als de dakgoot binnenkort
bij iemand op het hoofd valt. Ik vraag u dus om te onder
zoeken of dit soort panden gewoon aangeschreven kunnen wor
den en de eigenaar verplicht kan worden om hier iets aan te
doen
Mevrouw Inberg: Het gaat ons er niet om het pand aan te ko
pen. Ik heb gevraagd om de gemeentelijke monumentenlijst op
te stellen om juist de bescherming van markante gebouwen
veilig te stellen. Ik begrijp dat er geen geld is voor het
opstellen van een gemeentelijke monumentenlijst. Ik zou dat
niet in deze vergadering willen doen, maar wij willen ons
daar toch nog eens even in verdiepen, wij komen er bij de
begrotingsbehandeling op terug.
De heer Stoelinga: Ik dank de wethouder hartelijk voor het
feit dat hij de samenwerking beaamt en dat het al in gang
is. Toch wijk ik af van zijn gedachtenlijn, namelijk ik
vind dat de samenwerking reglementen hier wel even moet, om
op hoofdlijnen even na te zien of er nu voldoende borging
is dat die communicatie tussen gemeente, particuliere be
zitters, c.q. Aid Lewert, voldoende geborgd is en niet om
op punten of komma's te gaan zien of dat reglement wel
juist is, maar om het vertrouwen te verkrijgen van deze zit
goed in elkaar, hiermee kunnen we verder. Tevens zou ik
graag nog een bevestiging willen hebben van de termijn
waarop u denkt dit geformaliseerd te hebben.
De heer Brok (weth.): Ik wil het in het najaar formalise
ren, ik wil het eerste formele overleg dan ook met de vere
niging aangaan. Overigens is het zo dat ik binnen nu en
twee weken een informeel overleg heb met alle culturele in
stellingen van de gemeente Leeuwarden, omdat we aan het be
gin zijn van een nieuwe collegeperiode. Ik heb de voorzit
ter van die vereniging inmiddels ook uitgenodigd om bij het
informeel overleg zoals dat één keer per jaar plaatsvindt
ook al aanwezig te zijn, dus daar wordt al wat geformali
seerd, zelfs op dat informele overleg.
Als u via het presidium besluit om dat reglement ook be
spreekbaar te maken in de commissie, dan is dat aan het
presidium, dan is dat aan u en dan wacht ik dat af. Maar ik
begin in ieder geval in het najaar met dat overleg.