Blad 56 Verslag van de raadsvergadering van 24 juni 2002 De NLP-fractie heeft een motie ingediend die zich min of meer in het verlengde van optie 2, die het college heeft aangeboden, om met een uitwerking te komen op basis van het bestaande voorstel van het college. Die zou het college graag overnemen, maar ik vrees dat wij het daarmee vanavond niet redden. De heer Ten Hoeve gaat er nog eens op in waarom de PvdA-fractie het voorstel afwijst. Over die achttien meter moeten wij buiten de vergadering om nog maar eens praten. Het klopt dus echt niet, want dan zou je inderdaad een geweldige asfaltvlakte krijgen en dat is absoluut niet de bedoeling bij het Heer Ivostraatje. Ook dat is een reden om te zeggen laten wij nu eens kijken hoe het er wel uit zou komen te zien, maar die gelegenheid wil hij niet te baat nemen Hij zegt dat er geen wand komt. Dat is afhankelijk van de vraag of daar bebouwing komt en zo ja welke bebouwing. Het wordt een stankgoot, zei de heer Ten Hoeve in eerste termijn. Er is inderdaad opstelruimte in het Heer Ivostraatje, dat is ook net de reden waarom in het Heer Ivostraatje de toegang gemaakt zou moeten worden, omdat je daar ook een aantal auto's op kunt stellen, voordat ze onder de grond gaan. Het is natuurlijk. niet ieder uur op de dag dat die auto's daar af en aan rijden. Zeker in de piekuren heb je inderdaad te maken met een overvloed aan auto's, ook in dat straatje, dat zal ik niet ontkennen, maar dat is niet het beeld van iedere dag. Als je kijkt naar het huidige beeld van het Heer Ivostraatje, de ene kant prachtig, maar aan de andere kant staat het blik dag en nacht. Of dat nu de voorkeur moet hebben, maar dat is de overweging die u gemaakt heeft. De heer Ten Hoeve herhaalt nogmaals wat er nog wel zou moeten gebeurden, de Klanderij uitbreiden en zoeken naar alternatieve locaties voor ongeveer 100 parkeerplaatsen. Hij benadert nog eens dat die visie wel ontwikkeld zou moeten worden. Als het aan de orde is, omdat het te maken heeft met voornemens die raad en college van plan zijn om ook te gaan uitvoeren, dan is het denk ik goed om voor dat gebied ook een visie te ontwikke len. Daar is op dit moment nog even geen sprake van. Ik herhaal ook even de toezegging die is gedaan voor de bebouwing van de Doelstraatdat eerst het Oldehoofsterkhof gerealiseerd zou moeten worden voordat daar bebouwing zou kunnen plaatsvinden. Daar moet dan ook opnieuw naar gekeken worden. Maar als het relevant is om voor een aantal samenhangende ontwikkelingen in dat gebied ook te kijken hoe dat gerealiseerd zou moeten worden, dan zou een visie inderdaad op zijn plaats zijn. De heer Feddema herhaalt nog een keer zijn pleidooi, daar ga ik niet op in. Wat hij zegt over de financiën en het verlies, dat klopt. Het is niet zo dat de verliezen, die geleden worden in de beginja ren, wij die uit eigen zak zouden moeten bijbetalen, die verliezen vertalen zich terug. De stichting Parkeergarage heeft Blad 57 Verslag van de raadsvergadering van 24 juni 2002 ook een raming gemaakt van wanneer die verliezen zich omzetten in het quitte draaien. De verwachting is, ook op basis van de huidige financiering, dat dat ongeveer ligt op zo'n acht jaar. De Zaailandgarage had er meer tijd voor nodig om quitte te kunnen draaien en om winst te kunnen maken, maar dat heeft ook te maken met de financiering van zo'n garage, dat is een vrij technisch verhaal. Maar het is niet zo dat er jaarlijks geiden bij moeten van de gemeente, buiten die parkeerreserveDe parkeerreserve is ook niet voor andere voorzieningen te gebrui ken dan voor parkeren. De heer Feddema wijst ook nog op de nieuwe bestemming voor het Zaailand, het Wilhelminaplein, afhankelijk van de bebouwing die er gaat komen aan of op het plein, dat wij het Oldehoofsterkhof ook nog wel eens dringend nodig kunnen hebben om nog één pleinfunctie in Leeuwarden volwaardig te handhaven. Dat zou kunnen, maar daar valt nu wat moeilijk op vooruit te lopen. Maar de vraag wel of geen bebouwing op het Oldehoofsterkerkhof zou daarmee ook wel eens samen kunnen hangen. Maar nogmaals, daar zouden wij apart op terug komen. Mevrouw Dolstra zegt nu dat je het parkeren niet allemaal in de binnenstad moet willen realiseren. Het is een van de uitgangs punten van het huidige beleid van de gemeente om niet het parkeren tot aan de toonbank te laten plaatsvinden, juist niet, maar om de parkeerders toe te leiden naar garages aan de binnenring. Daar was ook de parkeerkelder onder het Oldehoof- sterkerkhof bedoeld om daarin te voorzien. Zij twijfelt of het archeologisch allemaal wel snor zit. Ik heb gezegd dat daar deskundigen, zowel rijks als provinciaal, bij betrokken zijn geweest. Op basis van dat vooronderzoek lijkt vier maanden plus het bedrag dat daarvoor staat de geschikte ruimte om dat te doen wat ook echt noodzakelijk is. Ik heb geen reden om daaraan te twijfelen. De parkeergarage Harmonieplein moet toch mogelijk zijn. Wij hebben het besproken, maar zoiets valt ook niet af te dwingen, bovendien gaat het om een beperkt aantal plaatsen, die daar opnieuw gerealiseerd zouden moeten worden. Het Bonnemalegaat is niet bedoeld om een parkeerkelder te realiseren, maar om een museum te maken. De PAL/GL-fractie heeft geen nieuwe geluiden gehoord. Nee, dat zal u niet verbazen, want het stuk is ook niet aangepast. Er is zowel in de commissie als vanavond toch weer uitgebreid ingegaan op alle ins en outs van dat stuk. De PAL/GL—fractie is niet tegen een garage, over het aantal plaatsen zou dan nog te discussiëren zijn. Maar zij wil toch vasthouden aan het model Stadsrand, de heer Van der Wal houdt zelfs ook vast aan de looproute, die in dat model Stadsrand nauw verbonden was met de bebouwing zoals toen voorgesteld zo schuin op dat plein en van daaruit een oversteek naar de Prinsentuin tussen het Rijksar chief en de Provinciale Bibliotheek door. Daarvan weten wij ook dat die grond aangekocht moet worden, die trafo moet verplaatst

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 2002 | | pagina 29