I
Blad 20
Verslag van de raadsvergadering van 16 september 2002
Dat bestrijd ik. Dat veronderstelt dat daar nu een tekort
zou zijn, dat betekent dat er bespaart zal worden op de
uitvoering van het sociaal plan. Daar is geen sprake van.
(Mevrouw Dolstra: Ik heb duidelijk gelezen dat nog onder
zocht moet worden hoe dat allemaal gefinancierd gaat wor
den
Hoe wij de dekking voor dat tekort moeten vinden, dat moet
onderzocht worden, maar niet dat er sprake is dat er op de
uitvoering van het sociaal plan wordt bezuinigd.
(Mevrouw Dolstra: Dus de mensen die nu gaan verhuizen krij
gen allemaal het geld mee.)
ll
Mevrouw Inberg zegt dat ook deze wethouder, als derde wet
houder, vol zou hebben gehouden dat het allemaal wel goed
zou komen. Dat heb ik dan niet formeel in de raad gedaan,
want zolang ik wethouder ben is in de raad noch in de com
missie Achter de Hoven/Vegelin aan de orde geweest. Ik was
ook pas op de hoogte van het tekort op het moment dat het
zich niet meer liet verbergen aan het begin van deze zomer.
De heer Posthumus, ik snap zijn opstelling niet helemaal.
Hij hoopt dat het nu mede met deze wethouder beter zal
gaan. Ik weet niet of hij nu toch deze motie steunt, want
dan is hij mij kwijt als hij niet oppast en dan is het af
gelopen
De opmerkingen die hij naar aanleiding van het proefschrift
van mevrouw Liemburg maakt, komt mij als partijgenoot een
beetje te dichtbij.
Mevrouw Haitsma verleent geen steun aan de motie.
De heer Dekker, de verhuiskostenvergoeding. Er wordt op dit
moment gewerkt aan de meest effectieve manier om zo snel
mogelijk de bewoners, die weg willen, een verhuiskostenver
goeding te geven. Dat vinden wij redelijk, daarom ben ik er
ooit ook over begonnen, dat moet volgens mij zo spoedig mo
gelijk. Dat is ook logisch in het kader van de maatregelen
die wij hebben aangekondigd, zo snel mogelijk huurders er
uit, geen nieuwe huurders er in, zo spoedig mogelijk dicht
timmeren van die woningen, zo vlot mogelijk als een blokje
vrij is weg met die woningen. Op die manier zo snel moge
lijk spoed maken met het hele proces, zodat ook daardoor
het aankoopproces bespoedigd kan worden. Dus wij zijn er
aan alle kanten in geïnteresseerd, zowel in het belang van
de bewoners als in het belang van het totale proces.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de motie in
gediend door de fracties van CU, FNP en LL.
De motie van de heer Stoker namens de ChristenUnie-fractie,
de heer Posthumus namens de FNP-fractie en mevrouw Dolstra
namens de LL-fractie wordt verworpen met 6 tegen 31 stern-
Blad 21
Verslag van de raadsvergadering van 16 september 2002
men. Voor stemden de leden van de fracties van CU, FNP, LL
en D66.
Punt 2
Het verslag van de vergadering van 26 juni 2002 wordt onge
wijzigd vastgesteld.
Punt 3
Ingekomen stukken en mededelingenlijst
Sub F.
De hear Wijmenga: Under punt F stiet in tige wichtich punt
op de list. It is eins spitich dat dit punt op dizze wize
ófdien wurdt, teminsten dat is de CDA-fraksje fan betinken.
Wy hawwe heard dat der in twatal jünen west hawwe dêr't
minsken ynformearre binne oer de plannen oangeande Rykswei
31. Dêr hawwe wy as riedsleden gjin ütnoeging fan han. Ik
tink dat it tige wichtich is dat wy as ried fernimme wat
wiken en doarpen oer dit plan eins oan gedachten hawwe. Ik
wol oan de fraksjes ütstelle om dit punt te behanneljen yn
ien fan de earstkommende gearkomsten fan de kommisje
Stedsüntwikkeling, sadat wy yn elts gefal de boargers yn de
gelegenheid stelle kinne om dat ferhaal ek oan üs, omdat it
foar üs tige wichtich is, kwyt te kinnen.
Myn fraach oan de fraksjes is: kinne jim der mei ynstimme
dit punt yn de kommisje Stedsüntwikkeling te behanneljen.
De Voorzitter: Mag ik dan als voorzitter van de raad eerst
een paar opmerkingen maken, alvorens daar door de raad op
gereageerd wordt.
a. U hebt het al besproken in het presidium, daar is deze
afspraak gemaakt dat het op de agenda zou komen.
b. Het betreft hier de startnotitie MER, dat is niet meer
dan het verzamelen van de richtlijn waaraan de MER moet
voldoen. Dat betekent dat op vele momenten hierna de echte
inspraak plaatsvindt ten aanzien van de inhoud van het ge
heel. Alle mensen die betrokken zijn bij de totstandkoming
en de effecten van met name het planologisch besluit, moe
ten natuurlijk royaal in de gelegenheid gesteld worden om
inspraak uit te oefenen. Maar dat is iets anders dan dit
aspect van de startnotitie van de MER. Dus ik denk dat het
goed is dat eenieder die nu hierover gaat oordelen, zich
goed realiseert dat wanneer dit onderwerp nu van de agenda
afgehaald wordt en naar de commissie gaat, dat het als ef
fect heeft dat de procedure vertraagd wordt, maar dat net
niet als effect heeft dat daarmee de inspraak echt vergroot
wordt voor de mensen, want die inspraakmogelijkheden zijn