Blad 37
Verslag van de raadsvergadering van 17 november 2003
Blad 38
Verslag van de raadsvergadering van 17 november 2003
studentenhuisvesting, kamerverhuur op dit moment. Ik vind eerlijk
gezegd de scherpte van uw toon en de scherpte van de amendementen
van de CDA-fractie wat teleurstellend, gezien de ernst van dit
onderwerp. Ik ga dus met uw amendement absoluut niet mee.
Dan naar het amendement van de FNP-fractie. U vraagt daar om arti
kel 2.2.4. lid 2 te veranderen op die wijze dat daar dan komt te
staan: vaststaat of redelijkerwijs moet worden aangenomen enz. wat
in uw amendement staatMaar volgens mij staat dat daar onder punt
a
(De hear PoBthumuBIt is no wol wat detaillistysk foarsitter, dat
hegryp ik ek wol, mar it giet derom dat wy dy 3 punten fan dy 10%
dat frij stellen fan dy wiken en dy huzen tusken oare studintewen-
ten yn, dat wy dat der üthelje wolle.)
Ja maar er staat bij punt 2: burgemeester en wethouders weigeren
een vergunning indien vaststaat of redelijkerwijs moet worden aan
genomen dat voor lening van de omzettingsvergunning ten behoeve
van kamerverhuur zou leiden tot een ontoelaatbare inbreuk op een
geordend woon- en leefmilieu in de omgeving van het gebouw waarop
de aanvraag betrekking heeft. En dan staat er; en dat gaat het
over die 10%. Want als het meer wordt dan nemen we aan dat in ie
der geval dat gevaar aanwezig is. Maar ook zonder die toevoeging
al is het mogelijk dat er ingegrepen wordt als het risico bestaat
wat u in uw amendement aangeeft. Dus of wij begrijpen elkaar hier
nou over de tekst niet, maar ik ben het met u eens. Ik denk dat
het hier staat.
(De hear PoBthumuaEfkes foar de gemeenterie tink ik, dat ears te
stikje dat litte wy gewoan yntakt, dêr binne wy it tink ik sawiesa
hiel maklik oer iensAllinnich alles wat dêrnei stiet yn wat hjir
foar üs leit, dat litte wy dus fuort.)
Dan naar het amendement van de NLP-fractie. Waarbij het amendement
die inhoudt heeft dat u kamerverhuur wilt tegenhouden als het aan
tal te verhuren kamers groter is dan 3Ik merk op dat u dan nog
coulant wilt zijn als de student zijn meisje in laat wonen. Het
kan ook andersom, zoals u in deze tijd zult begrijpen, maar ik zou
dit niet aanraden. U relativeert uw eigen betoog eigenlijk ook al
wel, doordat u zelf ook waarschuwt voor een te grote nadruk voor
overlast alleen van studenten, ik denk dat in verhouding tot uw
eigen betoog eigenlijk, er geen reden is om het te beperken tot 3.
het is iets anders wat het handhavingsbeleid betreft, dus ik zou
dit amendement niet willen aanbevelen.
(De heer Van der Brug: Het ging er dus ook om in de motie van de
WD-fractiedan gaat het dus ook over ongeveer 3 gemiddeld en dan
in totaal 70, dus 210. Hier hebben wij ook weer die 3 aangehouden
Het is ook meer eigenlijk als een overgang, het gaat met die 210
ook over twee jaar. Gaat het allemaal goed, dan kun je eventueel
nog wel meer veranderen, maar heb je ze één keer in grote hoeveel
heden veranderd en het geeft dus dan toch problemen, dan kun je
het niet meer terugdraaienDaarom hebben wij dat zo gezegd. Als
blijkt over 2 jaar, er zal steeds meer behoeft komen aan studen
tenwoningen, het loopt op deze manier aardig goed, we kunnen dat
Blad 35
Verslag van de raadsvergadering van 17 november 2003
betreft. Er zijn 3 concrete complexen in voorbereiding. Ik kan u
niet zeggen welke, want dat zou natuurlijk buitengewoon onzorgvul
dig zijn ten aanzien van de plek en de omgeving waar die zaken
gepland moeten zijn. Daar is het nu simpelweg de tijd nog niet
voor, maar er zijn daar concrete plannen. Er is gedurig overleg
over ook de rol van de corporaties.
Als er nou gezegd wordt, dat is zeker door de CDA-fractie gedaan,
maar ook door anderen, we gaan nu eerst met die corporaties om de
tafel zitten en ga nou kijken wat je daar kunt regelen en afhanke
lijk daarvan kijken we nog eens wat we op het gebied van de kamer
verhuur mogelijkerwijs tot stand brengen. Dan zeg ik, u weet na
tuurlijk dat dat zo niet kan. Als we nu een tekort constateren.
Als we zien dat bij ongewijzigd beleid, dat tekort in de komende
jaren zal oplopen, de wachttijden voor studenten om een kamer te
krijgen in Leeuwarden zullen toenemen en dat rechtstreeks toch,
ondanks alle mooie woorden die iedereen eraan wijdt, het imago van
Leeuwarden studiestad, het imago van Leeuwarden kennisstad, aan
zal tasten, betekent dat dat we toch iets zullen moeten doen en
wel op de korte termijn. En u weet ook dat als er complexen geves
tigd moeten worden, dat dat procedures vergt, soms langdurige pro
cedures, want ook daar zal het woord van overlast gaan vallen en
bezwaren en uitzicht en weet ik wat allemaal niet. Het gebruike
lijke ritueel aan wat er aan procedures te verwachten is bij het
neer zetten van grotere projecten. Er moet een ontwerp komen, er
moet inspraak over komen. De bouwtijd natuurlijk nog. Kortom,
voordat je dan iets gerealiseerd hebt duurt dat nog enige tijd. En
in al die tijd realiseer je verder niks.
Niettemin stem ik met iedereen in die zegt van regel nou wat met
die corporaties. Zeker, regel daar ook een goed beheer op een wat
grootschaliger kamerbewoningcomplexZeker, en dat wordt dus ook
gedaan, maar dat vervangt mijns inziens niet op dit moment de
noodzaak om ook nu al iets op het vlak van kamerverhuur te doen.
De motie van de heer Feddema, en een groot aantal anderen die hem
ondersteunen, zonder op alle punten nou direct in te gaan.
(De heer ZijlstraDe overwegingen die u allemaal geeft van hoe je
komt tot nieuwe plannen kan ik wel billijken, maar kunt u ook iets
zeggen over het te verwachten aantal wat u dan in die toekomt gaat
realiseren
Nee, op dit moment kan ik niet iets zeggen over het aantal, alleen
zal het om honderden gaan.
Als ik even kijk naar de drie besluiten van de motie van de WD-
fractie en PAL/GL-fractie en alle andere partijen, dan wordt het
college daarin opgedragen om, op het moment dat circa 210 extra
kamers bereikt is, 70 panden als we uitgaan van 3 kamers per pand,
om dan een evaluatiemoment in te lassen. Bij mij ontmoet dat geen
bezwaar om daar afspraken over te maken. Dat betekent dat wat mij
betreft artikel 2.2.4. lid 2 met die inhoud wordt uitgebreid, dat
ik daar geen bezwaar tegen zou hebben. Punt 3, heb ik daar net al
gezegd, dat er wordt geijverd reeds met corporaties en zo mogelijk
ook in het kader van 3PLUSmaar dat lijkt me niet essentieel voor
de uitvoering. Hoewel u daar wel een punt hebt toch om het te noe
nog wel een beetje losser maken, dan zou je dat weer kunnen veran
deren
Ik denk dat u zich dan toch laat leiden door de angst waar u zelf
tegen waarschuwt. Dat beperken tot drie, waar de motie van de WD-
fractie van uitgaat, is dat een kamerverhuurpand pas een kamerver
huurpand is als daar drie of meer studenten in zitten. Dat wat
daaronder zit wordt niet meegerekend. Maar het betekent niet dat
dat automatisch ook een grens naar boven is en die beperking zou
ik er nou niet bij willen hebben.
Even over de handhaving, hoe wordt het nou gehandhaafd. Er zijn
verscherpte regels wat bouw en woningtoezicht betreft. Er zijn
allerlei technische eisen waarop gehandhaafd zal worden. Daarvan
mag ik ook aannemen dat dat ook, zeker als het om nieuwe verhuur
ders van nieuwe kamerverhuurpanden gaat, een ander soort verhuur
der zal zijn, die zuiniger op hun bezit zijn, waar ze tenslotte
veel in geïnvesteerd hebben en waar ze niet teveel gedonder in
willen hebben. Het vertegenwoordigd nog al een waarden en er moet
ook meer in geïnvesteerd worden. In de wandelgangen en ook in de
commissie was nog wel te horen dat er niet gehandhaafd zou worden.
Ik heb in de commissie de vorige keer gezegd, binnen de sector
bouw en wonen is daar formatie voor vrijgemaakt en aan illegale
situaties, waaraan niets gedaan wordt, is geen sprake van. Er zijn
juist onlangs een hele serie dwangbevelen en dwangsomprocedures
gestart tegen illegale kamerbewoning. Dus daar wordt wel degelijk
op gereageerd.
Er is die 10% regeling. Die 10% regeling voorkomt wel degelijk
natuurlijk de concentratie. Dat percentage mag dan arbitrair zijn,
dat is het natuurlijk ook, het had ook negen kunnen zijn, het had
ook 14 kunnen zijn, hoewel de ervaringen zijn dat dat dan toch de
kans tot overlast vergroot. Het kan nooit 2 zijn, want 2 levert
natuurlijk vrijwel nooit wat op.
De 2 panden ertussen, dat voorkomt insluiting, nog meer lijkt me
alleen maar werken tot een beperking. Ik denk dat 2 panden tussen
kamerverhuurpanden een redelijke waarborg biedt voor te grote
overlast
Dan zijn er nog natuurlijk gewoon de normale overlastmeldingen, we
kunnen wel doen alsof dat een bagatel is of dat helemaal niets
voorstelt, maar dat zijn wel de normale middelen waarop wij zijn
toegewezen, als we te maken hebben met overlastsituaties of dat
nou van kamerbewoners, van studenten of van wie dan ook is. Dat
lijkt mij geen reden om nou voor kamerwoningen voor studenten, wat
overlast betreft, een geheel nieuw apparaat in het leven te roe
pen, waarbij ik overigens ook vaststel dat niemand precies weet
hoe dat dan zou moeten. Ik lever daar dus nu ook geen suggesties
voor aan
De heer Zijlstra (PvdA)Ik had nog een vraag aan de wethouder
gesteld over waar wij de regeling nu op 10% hebben staan, in die
wijken die straks in aanmerking komen voor deze verordening het op
11 of 12 kan zijn. Wat er dan gebeurt en daarbij bij het percenta
ge nog even. In uw antwoord zonet heeft u genoemd, als we dat gaan
Blad 36
Verslag van de raadsvergadering van 17 november 2003
men, want het zijn vaak onrendabele projecten natuurlijk. Daar
zijn wij toe bereid. Dus wat mij betreft is het college bereidt de
motie te steunen. Ik kan me niet voorstellen dat daar overwegende
argumenten in deze motie zijn, waar die fundamenteel strijdig zijn
met de voorstellen die het college hier doet.
Dan naar de suggestie die de heer Zijlstra wat dat betreft doet
van kijk nou ook eens naar het percentage, 10% zou te hoog zijn,
kan het niet wat lager. Ik zou er in dit verband voor pleiten om
het op 10% te houden. Kies dat evaluatiemoment op basis van die
210, zoals dat in die motie wordt vastgesteld, en kijk dan of naar
2 jaar of na als dat eerder bereikt is, wat het heeft opgebracht.
Ik denk wel overigens, dat je dan kijkt naar de overlast. Maar dat
lijkt me ook in alle bijdrage het meest zwaarwichtige punt. Er is
dan niet een nieuw onderzoek, dat nog eens een keer een licht laat
schijnen op de mate van kamertekort. Maar het gaat dan met name om
de overlast. Ik denk dat dat ook het punt is wat iedereen het
meeste dwars in de keel steekt op dit moment. Het lijkt me prima
om daar een evaluatiemoment, en dat is dan redelijk dichtbij, in
te lassen. Dus ik heb daar geen bezwaar mee.
Dan moet ik even snel kijken of ik nog een aantal concrete vragen
heb
Het antwoord op de vragen studenthuisvesting Willem Loréstraat
wordt morgen in het college besproken en u zult ze daarna ontvan
gen. Dan blijven we voor zover mij bekend is binnen de termijn die
daarvoor staat bij de beantwoording van uw vragen.
(de hear Wijmenga: Ne ffens my hiene wy hiel düdlik yn üs brief
steld dat wy se graach foar de behanneling hjoed ha woene en ik
kin my ek hiel goed foarstelle dat dat hiel logysk is, omdat wy
dan de antwurden by de diskusje beldke kinnen hienen.)
En hoe graag wij u altijd van dienst zijn, dat is er in dit geval
dus niet van gekomen. Ik kan nog wel eventjes daar een voorschotje
op nemen, want u bindt er een concrete vraag aan. Uit die beant
woording zou moeten blijken wat er met die bedrijfspanden gebeurt.
Het is nu zo in de huidige verordening, die op slot zit, dat dat
op een of andere ongelukkige manier soms niet geldt voor bedrijfs
panden. Dat dit, ondanks het feit dat er niet nieuwe kamerverhuur
panden in gebruik genomen mogen worden, niet geldt voor bedrijfs
panden. In de nieuwe verordening, als u daar zorgvuldig kennis van
hebt genomen, dan hebt u kunnen zien dat in die nieuwe verordening
die mogelijkheid er wel is. En dat het om 10% van de panden, in
clusief bedrijfspanden, in een straat gaat. Dus die bedrijfspanden
kunnen daarvan ook worden uitgesloten.
U vindt twee huizen tussen kamerverhuurpanden te weinig, dat moet
meer. U vindt dat er een beheersplan moet komen bij meer dan 2
kamerbewoners in één pand. U vindt de geluidsisolatie niet vol
doende en u wilt het percentage op 2% stellen. U dient een amende
ment in met die overwegingen daarin. Ik stel op grond van dat
amendement vast dat u niet bereid bent met de wijziging van de
kamerverordening in inhoudelijk enige wijze mee te gaan, die nog
bijdraagt tot het oplossen van het probleem waarmee wij ons gecon
fronteerd zien. U ziet geen kans om een bijdrage te leveren aan