Vraag:
Antwoord:
Indien vraag twee door U beves
tigend wordt beantwoord, achten
Burgemeester en Wethouders het
dan juist onder gezag van
school en Gemeente een geschrift
te doen verspreiden, waarin on
der meer de suggestie wordt ge
wekt, dat straaljagers en
Griekse tempels vergelijkbare
en zelfs gelijkwaardige uitingen
van Europese beschaving zijn?
Achten Burgemeester en Wethou
ders het tenslotte niet beden
kelijk, dat onder de bedrijven,
die volgens een opsomming in
bedoeld orgaan, deze uitgave
financieel mogelijk hebben ge
maakt er een aantal is, wo.ar-
van reeds op het eerste gezicht
is vast te stellen, dat zij in
sterke mate geïnteresseerd
zijn bij het voortduren van de
bewapening?
In verband met het ontkennende ant
woord op vraag 2 behoeft deze
vraag geen beantwoording.
6. Het is ons niet bekend, of en in
hoeverre de bedrijven, die aan de
totstandkoming van de "NAVO-krant"
hebben medegewerkt, in sterke ma
te geïnteresseerd zijn in een voor
duren van de bewapening. V/ij menen
ons derhalve van het geven van een
oordeel over de in deze vraag aan
gesneden kwestie te moeten onthou
den.
Bij hetgeen de heer Klijnstra
tor motivering van het 3tellen van de
ze vragen aanvoert, willen wij tenslot
te nog het volgende aantekonon.
V/ij achten het juist, dat, waar
Nederland lid is van de Noordatlanti-
sche Verdragsorganisatie, ten aanzien
van de inhoud van dit lidmaatschap en
van de doelstelling van deze organisa
tie onder de bevolking - ook onder de
jeugd - kennis wordt verspreid. Het
name bij de leerlingen van het voor
bereidend hoger en middelbaar onder
wijs mag hiervoor zeker belangstelling
worden verwacht.
Wij willen voorts duidelijk en
nadrukkelijk stellen, dat wij de door
de heer Klijnstra in zijn "motivering"
gedane beweringen, zonder hierop na
der in te gaan, geheel voor zijn re
kening laten. Hieraan willen wij -
hcewel ten overvloede - nog wel toe
voegen, dat de inhoud van de "NAVO-
krant" uiteraard voor verantwoordelijk
heid van de redactie daarvan komt. V/ij
hebben overigens voldoende vertrouwen
in de desbetreffende, aan de bovenbe
doelde gemeentelijke scholen verbonden
docenten om aan te nemen, dat zij der
gelijk hulpmateriaal voor het onderwijs
Antwoord:
op de juiste wijze weten te gebruiken en
dat zij in staat zijn de inhoud daarvan
objectief te waarderen en indien nodig
kritisch te belichten.
Leeuwarden, 21 mei 1962.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A.A.M. van der Heulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
otlvering van de heer J. Klijnstra:
Ter motivering van het steller, der genoemde vragen moge het volgende wor
den aangevoerd:
A. "Twee symbolen van beschaving als bewakers van ons erfdeel", resp. boven en
onder het plaatje op de voorpagina afgedrukt, zijnde een afbeelding van de
bekende marmeren tempel van Pallas Athene uit de 9e eeuw voor onze jaartel
ling;
B. Rusland is weer alleen de schuldige, over schuld van 't Westen geen woord;
C. Brg en misleidend wordt er verband gelegd tussen de NAVO en de VN.
D. Niet minder als in O-Duitsland krijgt de jeugd ook in ons land een éénzijdige
en verderfelijke voorlichting.
Verzonden 28 mei 1962.