Aanhangsel no. 4 van 1965* Schriftelijke vragen van het raadslid, de heer C. de Vries, Betreffende de aanleg van centrale antenne-installaties in gemeente-woningen. Vraag; 1. Verwacht het College, dat zo dra de uitzendingen via de zen der Smilde van het tweede tele visieprogramma, blijkens pers berichten medio oktober 1965? een aanvang nemen, de in aan merking komende woningcomplexen als bedoeld in de voorstellen d.d. 12 januari 1965 (bijlage 21en 22 februari 1965 (hij- lage 57) van een centrale an tenne-installatie zijn voorzien? 2. Zo niet, kan het College dan mededelingen doen over de oor zaken, die hebben geleid tot het niet tijdig gereed komen van de installaties in tegenstelling tot de wenselijkheid door het College uitgesproken in het voorstel d.d. 22 februari 1965 (bijlage 57)? Antwoord Burgemeester en Wethouders; 1. Het is wel zeker, dat niet alle woningcomplexen, genoemd in onze voorstellen van 12 januari en 22 februari 1965» medio oktober 1965 van een centrale antenne-installatie zullen zijn voorzien. Verschillende oorzaken hebben er toe geleid, dat de installaties niet in alle woningen tijdig gereed zul len komen. Uiteraard was voor de besteding van de kredieten de goed keuring van Gedeputeerde Staten van Friesland vereist, welke voor wat betreft de in ons voorstel van 22 februari 1965 genoemde woningen op 25 mei 1965 werd verleend. Voorts moest de toestemming van de Minis ter van Volkshuisvesting en Ruimte lijke Ordening worden gevraagd voor het toepassen van de noodzakelijke huurverhoging van 0,35 per week. Deze toestemming werd eveneens in de maand mei ontvangen. Het gereed maken van de plannen en het hierbij te voeren overleg met de fabrikant en de installateurs en met de P.T.T. voor wat betreft het maken van noodzakelijke wegkruisin- gen door signaalkabels, alsmede de beoordeling van de plannen door de dienst voor Bouw- en Woningtoezicht en door de Schoonheidscommissie, vergen de nodige tijd. Hierbij komt, dat de technische uitvoering van de installaties in elk complex verschil lend is, hetgeen voortvloeit uit de verschillende woningtypen en bouw wijzen. Vanzelfsprekend moet ook rekening worden gehouden met het feit, dat het hier gaat om een vrij groot aan tal woningen, een zekere levertijd voor de materialen en een beperkte groep installateurs die de werkzaam heden moeten uitvoeren. Wij verwijzen verder naar het voor de raadsleden ter inzage gelegde chronologische overzicht van de ter voorbereiding van deze voorzie ning getroffen maatregelen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1965 | | pagina 10