Vraag: V/at is de oorzaak dat bij het z.g, grote woningbouwplan in het Ielan, de beleggingsmij"Immo- fund", die medewerkte en mede participeerde, zich, toen de bouw reeds was aangevangen, nog kon terugtrekken? De grond is bij raadsbesluit van 15 juli 1964 aan de beleg gingsmij. verkocht of in erf pacht uitgegeven. Zijn de overdrachtsakten nota rieel gepasseerd, en zo neen waarom niet? 3. Indien bedoelde overeenkomsten rechtskracht hebben gekregen, zijn Burgemeester en Wethouders dan niet van mening dat het tyd wordt om eens te overwegen of de grond door de gemeente moet worden teruggekocht, al of niet met inwerkingstelling van de boetebepaling? 4. Hoeft het niet deelnemen van deze beleggingsmij. ook tot ge volg gehad dat er bouwvolume voor Leeuwarden is verloren ge gaan? 5* Uit de mededelingen van Burge meester en Wethouders aan de Raad, dat de bow in de reeds eerder genoemde 3 sectoren on losmakelijk aan elkaar is ver bonden, zou geconcludeerd kun nen worden dat het uitvallen van de beleggingsmijvan in vloed moet zijn op de prijs van do woningwetwoningen. Zou deze conclusie juist zijn? 6. Zo ja, hoeveel bedraagt dan de verhoging? 7. Is het waar dat er nog steeds geen woningen van het grote plan kunnen worden bewoond, omdat de centrale verwarming niet kan functioneren, hoewel de woningen overigens wel voor bewoning ge reed zijn? Antwoord Burgemeester en Wethouders; Deze oorzaak is uitvoerig omschreven in ons voorstel met betrekking tot het vrijere bouw-, huur- en woonruimtebe- leid a.a. 27 mei j.l., bijlage no.166. V/ij mogen U naar deze uitvoerige nota verwijzen. De overdrachtsakten zijn niet gepas seerd. Wij hebben hier opzettelijk niet op aangedrongen, omdat wij het gewenst achten zo onafhankelijk mogelijk te moeten blijven bij onze pogirgen even tueel op andere wijze de bebouwing van de betreffende terreinen tot stand te brengen Deze vraag behoeft in verband met het antwoord op vraag 2 niet meer te worden bean Woord Dit is inderdaad het geval geweest, uitsluitend voor wat betreft het con tingent voor particuliere woningen. Deze conclusie kan, voor wat de pro ductiekosten betreft, inderdaad juist zijn. De financiële consequenties hier van kunnen naar onze mening echter niet op de opdrachtgevers van de woningwet woningen v/orden verhaald. 8. Kan v/orden medegedeeld hoeveel huurderving en renteverlies hierdoor ontstaat? Gelet op het vermelde onder 5 behoeft deze vraag geen beantwoording. Deze vraag wordt ontkennend beantwoord. In de eerste plaats merken wij op, dar de verwarming in de zomermaanden niet pleegt te functioneren, zodat er des wege geen enkele reden zou zijn de wo ningen niet uit te geven. Overigens is de verwarmingsinstallateur in elk op zicht in staat het bouwtempo bij te houden. Deze vraag behoeft in verband met de beantwoording van vraag 7 niet meer te v/orden beantwoord. - 3 - 9. Vergadert het bouwteam ook nu nog geregeld ter begeleiding van de bouw, ter bewaking van do kosten, en om toezicht te houden op de juiste voortgang van de bouw? 10. V/at heeft de deelname van Ratlobouw in het bouwteam ge koot? 11. Hoeveel heeft het werk van het bouwteam gekost, vanaf de start tot aan hot begin van de bouw? 12. Is hot College bereid het aan-r nemingscontract met Intervam, alsmede een overzicht van de koeten die door het bouwteam gemaakt zijn, voor de raads leden ter inzage te leggen? Haast het zeer freque-nt houden van bouwvergaderingen, komt het bouwteam regelmatig eens per twee maanden bij een. Leze kosten hebben in totaal voor do 1196 woningwetwoningen 2 3.082,28 be dragen, hetgeen overeenkomt met 20,97 por woning. Daarnaast is or uiteraard ook een bedrag voor rekening van de particuliere bouwers genomen. Er zijn tot dusver alleen vergader- kosten gemaakt. Deze hebben in totaal 230,18 bedragen, of 19 cent por woning. Een exemplaar van de-, mede door de Raad geaccepteerde aannemingsverklaring van Intervam H.V., ligt tot 29 juni 1966 voor de leden van de Raad bij de stukkon ter inzage. Het lijkt ons ts voel gevraagd een specificatie van do minimale kosten van het bouwteam over te leggen. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, Harmsma Burgemeester. de Jong Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1966 | | pagina 7