t J.S. Brandsna Burgemeester. i 'i 3 ö- H Aanhangsel no. 11 Schriftelijke vragen van do raadsleden B. Kingma en ïï.W. Rijpstra met betrekking tot het onderhoud van woningen. Vragen: Antwoorden Burgemeester en Wethouders: Is Uw College niet met ons van me ning dat woningen die om welke re den ook dooi" de gemeente worden aangekocht en niet op zeer korte termijn worden afgebroken, door de gemeente zo lang mogelijk in een redelijke staat van onderhoud be horen te worden gehouden? In het algemeen delen wij deze mening. Uw College niet met ons van me- g dat om het onder 1 gestelde bereiken: de woningen zo lang mogelijk bewoond dienen te blijven? het onderhoud dezer woningen zo als ook voor de rc-st van het gemeentelijk woningbezit ge bruikelijk is, verricht dient te worden door het gemeentelijk woningbedrijf? b. 5- Is- het College niet met ons van me ning dat ook uit een oogpunt van billijkheid tegenover deze groep huurders het juister is dat derge lijke woningen verhuurd worden zon der de voorwaarde dat alle onder houd (ook groot onderhoud buiten) voor rekening van de huurder is? De woningen worden in het algemeen op nieuw voor bewoning uitgegeven zolang ze nog in verhuurbare staat verkeren of het uitvoeren van voorzieningen om zo weer in verhuurbare staat te bren gen economisch nog verantwoord is. Het treffen van deze voorzieningen ge schiedt vanwege het gemeentelijk Wo- ningbedrijf De te verhuren woningen worden voor- de ver huur vanwege het gemeentelijk Woning bedrijf in elk geval glas- en water dicht opgeleverd. 'Wij menen, dat h^t niet ongebruikelijk is, dat het verdere onderhoud - behou dens in uitzonderlijke gevallen - daar na voor rekening van de huurder komt. Bij het bepalen van de huurprijs wordt met een en ander rekening gehouden. 4. Indien het College het in de vo- V/ij zien geen aanleiding in de hier- rige vragen gestelde onderschrijft, boven weergegeven gedragslijn wijzi- is zij dan bereid op korte ter- ging te brengen, mijn ae nodige maatregelen te treffen, eventueel de nodige voor stellen aan de raad te doen? Leeuwarden, 7 november 1969» Burgemeester en V/ethouders van Leeuwarden, de Jong j Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1969 | | pagina 13