4 i .lai iianhangs el 3» Vragen van de heer tlr. W. A. de Pree, lid van de Gemeenteraad, aan het College van Burgemeester en Wethouders (artikel 47 van het Reglement van Orde Heeft gedurende de laatste jaren ook de Leeuwarder politie zich "bezig gehouden met het verzamelen van politieke informatie over bepaalde in onze gemeente woonachtige personen? Be Burgemeester beantwoordt de vragen 1 tot en met 3 als volgt Ja, voor zover dit in het kader van het Koninklijke besluit van 5 augustus 1972, houdende regeling van de taak, de organisatie, de werkwijze en de samenwerking van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten; 1 Q _L O vo 0 rge s chreven 2. Zo ja., welk soorj informatie betrof dit, ten dienste van wie werd ze verzameld en in hoeveel gevallen? Bit betreft informatie omtrents A, organisaties, groeperingen en personen ten aanzien waarvan, gezien hun doelstellingen of feitelijke werkzaamheden, ernstige vermoedens 'bestaan, dat zij een - gevaar vormen voor het voortbestaan van de democratische rechtsorde in de Staat of dat van hen schade te duchten is voor.de veiligheid- of andere gewichtige belangen van de Staat» B. maatregelen ter beveiliging van gegevens Waarvan de geheimhouding door het belang van de Staat geboden is en van die sectoren van de overheidsdienst en van het bedrijfs leven die van vitaal belang zijn voor het instandhouden van het maatschappelijk leven» Beze informatie werd verzameld ten dienste van de sub 1 genoemde diensten. Heeft ook de Leeuwarder politie een speciale functionaris in dienst voor deze werkzaamheden? Ingevolge meergenoemd Koninklijk besluit wijst de Burgemeester in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken ambtenaren van gemeentepolitie aan voor het ver richten van de hier bedoelde werk zaamheden. Een dergelijke aanwijzing heeft derhalve ook in Leeuwarden plaats gevonden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1975 | | pagina 3