Aanhangsel nr. 8. Antwoorden op vragen van de raadsleden mevrouw H.J. de Haan-Laagland en de heer E. Pronk omtrent een L.P.G.-tank op het perceel Keidam 2 in Bil- gaard. 1Hebt kennis genomen van het bericht in de Leeuwarder Courant d.d. 25 oktober j.l. over het L.P.G.-tankstation in Bilgaard en kunt U de daarin vermelde feiten bevestigen? 1Wij hebben inderdaad kennis geno men van het bericht in de Leeu warder Courant van 25 oktober j.l. inzake de aanwezigheid van een L.P.G.-tank op het perceel Kei- dam 2, alhier. Hieromtrent merken wij op, dat wij voor dit garage bedrijf op 21 januari 19^9» con form de wettelijke procedure een hinderwetvergunning onder voor waarden hebben verleend. Deze ver gunning, waarin o.m. een L.P.G.- installatie is begrepen, is laat stelijk gewijzigd op 20 mei 1975- Blijkens de destijds bestaande inzichten voldeed de L.P.G.-in stallatie aan de door de Benzine commissie 1927 geadviseerde richt lijnen. Wat het vermelde met be trekking tot de tankauto betreft menen wij dat het vullen van de tank niet vanaf de openbare weg behoeft te geschieden aangezien het voorterrein van dit garagebe drijf hiervoor voldoende ruimte biedt; wij zullen ons hieromtrent met vergunninghouder in verbinding stellen. Ten aanzien van het ge plaatste hekwerk aan de noordzij de rond het gebouw merken wij op, dat hiervoor bij besluit van 9 december 1975 een bouwvergunning is verleend. 2.a. Welke juridische mogelijkheden 2. staan U ter beschikking om de risico's - met name brand- en explosiegevaar -, die aan de aanwezigheid van dit L.P.G.- tankstation zijn verbonden, aan merkelijk te beperken c.q. uit te sluiten? b. Kan het stellen van nadere voor waarden aan de verleende Hinder wetvergunning in deze soelaas bieden? Zo ja, bent U bereid van dit middel gebruik te maken? c. Bent - indien de vragen onder a en b ontkennend worden beant- Sinds vorig jaar worden aanzienlijk zwaardere normen gesteld met be trekking tot het oprichten van L.P.G.-tankstations. Ten einde te vens het beleid ten aanzien van de veiligheid van bestaande sta tions een breder draagvlak te ge ven heeft de Minister van Volks gezondheid en Milieuhygiëne aan de Röntgen Technische Dienst te Rot terdam opdracht gegeven een inven tarisatie te doen uitvoeren. Het voornemen bestaat om op basis van deze inventarisatie een evaluatie studie te laten verrichten om een zo goed mogelijk inzicht te ver krijgen in de veiligheidsaspecten van de bestaande L.P.G.-stations.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1979 | | pagina 8