2 - Pas 28 september 1984, nummer 3995, heeft het college hierop gereageerd. Inhoudelijk bent U niet op genoemd schrijven inge gaan, wel zond U de afzender een kopie van de op 19 september 1984 verleende vergunning(en)Is dit in dergelijke gevallen de gebrui kelijke gang van zaken? En zo ja: is het college met mij eens dat dit dan op zich beklagende bur gers wel een heel merkwaardige indruk moet maken? 6. Toen het college op 21 mei jl. werd geconfronteerd met het van de Emmakade naar de Harlinger- trekweg verschoven probleem rond de werkschepen, heeft het college deze problematiek nog aan de daarvoor bestemde commissie(s) voorgelegd alvorens op 19 september jl. de vergunning te verlenen? tijdstip plaats gehad. In verband daarmee hebben wij als antwoord op de brief van de Stichting Friesland State volstaan met het toezenden van een fotokopie van de vergunningen en de vermel ding van de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. Wel hebben wij adressante toegezegd dat op de naleving van de aan de vergunning verbonden voorwaarden zal worden toegezien. 6. Neen, "net betrof hier de uitvoering van een reeds eerder genomen prin cipe beslissing. Indertijd is deze aangelegenheid in de Overlegcommissie bewoners van schepen besproken. Mede op grond van het advies van die commissie hebben wij bovengenoemd principe-besluit genomen. Leeuwarden, 26 november 1984. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1984 | | pagina 18