1 i I Aanhangselnr3 Antwoord op schriftelijke vragen, als bedoeld in artikel 47 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de Raad der gemeente Leeuwarden, ingediend door de heren P.J. Sijbesma en G. Krol op 3 maart 1988, namens de fractie van het CDA, inzake eventuele vertraging van de verdubbeling van Rijksweg 32. De op handen zijnde verdubbeling van rijksweg 32 (Leeuwarden-Heerenveen-Meppel) is van vitaal belang, met name vanuit economische motieven, voor de gemeente Leeuwarden. Uit perspublikaties kan/moet worden opgemaakt, dat voornoemde verdubbeling vertraging oploopt ten gunste van het wegennet in Limburg. Vraag; 1. Heeft het college eveneens kennis genomen van perspublikaties met bovengenoemde strekking? 2. Is deze informatie juist? Antwoord da e Ja. Ter aanvulling hierop merken wij nog op, dat de Tweede Kamer op 1 maart 1988 bij de behandeling van de begroting van het Rijkswegenfonds voor 1988 de motie van het lid Hennekam c.s. heeft aangeno men waarin de regering wordt uitgenodigd in 1988 en in de daarop volgende jaren tot 1998 de nodige gelden uit dit fonds te besteden t.b.v. de ongefaseerde en versnelde aanleg tot autosnelweg van het gedeelte Boxmeer-Venlo van rijksweg 73. Tijdens de behandeling in de Tweede Kamer heeft de Minister van Verkeer en Waterstaat erop gewezen, dat als de motie wordt aanvaard binnen de huidige planning van het Rijkswegenfonds, herprogrammering nodig is. Een aantal projecten zal minimaal een jaar, maar waarschijnlijk twee jaar vertraagd moeten worden. Zij heeft hierbij indica tief enkele projecten genoemd, o.a. rijksweg 32, Havelterberg-Bergweg. Overigens heeft zij aanvaarding van de motie ontraden. De minister zal nog overleg voeren met het provinciaal bestuur van Limburg over de mogelijkhe den van voorfinanciering en de Kamer daarvan op de hoogte houden, hetgeen tot op heden nog niet is gebeurd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1988 | | pagina 4