Aanhangsel nr. 6 Mededeling van de Burgemeester met betrekking tot de afloop van de ge rechtelijke procedure tegen de gemeente Leeuwarden inzake eis tot scha devergoeding van de heer M.W. van der Laan, tevens reactie op de nog niet beantwoorde vragen d.d. 25 november 1985 van de heer P.D. van der Wal, lid van de Gemeenteraad, aan de Burgemeester naar aanleiding van zijn verslag inzake de gebeurtenissen Arendsstraat/Schoolstraat e.o. en de behandeling hiervan in de Commissie Openbare Orde van dinsdag 12 november 1985. Inleiding Zoals bekend vonden in de periode van 14 september 1985 tot 22 september 1985 in de omgeving van de Arendsstraat en de Schoolstraat/hoek Zaai land enkele incidenten plaats. Bewoners van kraakpanden in deze straten werden gemolesteerd door groepen jongeren uit andere delen van de stad. De politie heeft getracht de partijen uit elkaar te houden, doch over de wijze waarop zij daar inhoud aan gaf is naderhand discussie ontstaan. Een van de bewoners, de heer M.W. van der Laan, heeft bovendien een gerechtelijke procedure aangespannen, ten einde de schade vergoed te krijgen die hij had geleden als gevolg van het - in zijn ogen - bij die gelegenheden ontoereikende politie-optreden. Over deze aangelegenheid is, aan de hand van een verslag, enkele malen gedebatteerd in de Commissie Openbare Orde; tevens hebben verscheidene raadsleden vragen gesteld over de gebeurtenissen. Nadat bekend was geworden dat met een gerechtelijke procedure rekening moest worden gehouden, heeft ondergetekende naar aanleiding van nadere vragen van de heer P.D. van der Wal meegedeeld, dat de beantwoording zou worden opgeschort, totdat in de gerechtelijke procedure een onherroepe lijke beslissing zou zijn genomen. Ter voorbereiding op de procedure zelf heeft Van der Laan een voorlopig getuigenverhoor laten houden, waarin een groot aantal getuigen is ge hoord Op 25 februari 1988 wees de Kantonrechter zijn eindvonnis, waarbij de eiser in het ongelijk werd gesteld. Tegen dit vonnis kon tot 25 mei 1988 appèl worden ingesteld. Voor zover valt na te gaan is dat niet gebeurd, zodat het vonnis onherroepelijk is geworden. Beantwoording van de vragen nog opportuun? In deze vragen kan een tweedeling worden gemaakt. Enerzijds hadden zij, naar redelijkerwijs mag worden aangenomen, tot doel grotere helderheid te verkrijgen dan uit de tot dan toe overgelegde verslagen viel te destilleren. Anderzijds werd kennelijk beoogd meer duidelijkheid te verkrijgen over de achtergronden van enkele uitlatingen van ondergetekende tijdens de vergadering van de Commissie Openbare Orde van 12 november 1985. Hier was in het geding de vraag of een onderzoek nodig was naar het bestaan van vooroordelen binnen het politiekorps ten opzichte van be paalde bevolkingsgroepen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1988 | | pagina 9