4 5. Is het college bereid binnen kort met voorstellen te komen om de CRW onder te brengen in een stichting, zoals PAL in genoemde raadsvergadering be pleit heeft? 5. Afhankelijk van de resultalten van de genoemde evaluaties zullen wij ons beraden op de wenselijkheid om de CRW onder te brengen in een stichting. Leeuwarden, 7 maart 1989. Aanhangsel nr. 2. Antwoorden op schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 47, eerste lid, van het Reglement van orde voor de vergaderingen van de Raad der gemeente Leeuwarden, ingediend door het raadslid P. Meerdink, namens de PAL-fractie, inzake politieoptreden op 4 april 1989 tegen demonstranten bij het politiebureau. Op dinsdagavond 4 april 1989 werd ondergetekende geïnformeerd over een gewelddadig optreden van de gemeentepolitie van Leeuwarden ten opzichte van een dertigtal jonge demonstranten op de Holstmeerweg te Leeuwarden, nabij het bureau van politie. Bij dit optreden zou ten minste een drietal demonstranten min of meer ernstig gewond zijn geraakt. Ten minste één van de demonstranten - een jonge vrouw - heeft zich onder doktersbehandeling moeten stellen wegens een gebroken sleutelbeen en een hersenschudding. Volgens de verklaring van hoofdinspecteur Scholten zouden geen ernstige verwondingen zijn toegebracht, omdat niemand op de grond is blijven liggen. Volgens de verklaring van de hoofdinspecteur zou de politie met 15 personen zijn opgetreden, volgens de verklaring van mijn informant zou de politie met ten minste 30 personen zijn opgetreden. Vragen. 1. Wanneer en door wie werd de Burgemeester geïnformeerd over bovengenoemd politie-optreden? 2. Volgens de informatie van de demonstranten zouden dezen van de kant van de toegang tot het cellencomplex en van de kant van de hoofdingang van het politiebureau zijn ingesloten door in totaal ongeveer 30 politiefunctionarissen. Zij zouden geen kant meer op hebben gekund Hoofdinspecteur Scholten heeft de pers meegedeeld, dat het misschien wel op insluiting leek, maar dat dat beslist niet zo was. Hoe moet deze opmerking van de hoofdinspecteur geïnter preteerd worden, gezien de situatie ter plaatse? Antwoorden. Op 4 april 1989 heeft de Commis saris-korpschef van politie mij mondeling op de hoogte gesteld van het geweldgebruik op die dag. Op 5 april is dat nog eens schriftelijk gebeurd. Naar schatting 30 tot 40 personen hielden zich op dinsdag 4 april 1989 te 13.45 uur op bij het hek aan de achterzijde van het poli tiebureau aan de Holstmeerweg 1. Bij het optreden van deze perso nen is de politie zowel aan de achterzijde als aan de voorzijde van het bureau in actie gekomen. Hoewel de politie op twee plaat sen de openbare weg betrad, is nimmer sprake geweest van inslui ting. Dit bleek uit het feit, dat de meeste demonstranten terstond en enkelen van hen na gepast geweld het veld ruimden. Na enige minuten waren alle demonstranten weggelopen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1989 | | pagina 16