2
2.
3.
Noopt de huidige situatie tot het
nemen van maatregelen ten aanzien
van de volksgezondheid?
Reeds eerder is onderzoek verricht
naar de schadelijkheid van de uit
stoot van de vuilverbrandingsinstal
latie. Het kort geleden gehouden
onderzoek naar de melkkwaliteit van
het melkvee in de omgeving van de
installatie liet een geruststellend
beeld zien. Kan het college aange
ven hoe de resultaten van dat on
derzoek zich verhouden met de
aanbeveling opnieuw dioxinemetin
gen te verrichten op melk die af
komstig is van koeien uit de omge
ving?
terwijl de vorming van dioxines in juist het
laatste gedeelte van de pijp niet is uitgeslo
ten.
Blijkens de verkregen informatie hebben
overwegingen met betrekking tot een direc
te bedreiging van de gezondheid van om
wonenden geen rol van betekenis gespeeld.
Wat betreft de relatie tussen de dioxine
emissie en de gezondheid van omwonenden
kan op basis van de huidige kennis worden
gesteld, dat slechts de indirecte blootstelling
van de mens via de voeding bepalend is
voor de hoeveelheid opgenomen dioxine.
Directe blootstelling via de huid en de
longen draagt daaraan slechts marginaal bij.
De inspectie Gezondheidsbescherming ziet
als verantwoordelijke instantie op dit ogen
blik geen reden om de consumptie van
voedsel uit de omgeving van de AVI af te
raden of te verbieden. Op grond van dit
standpunt gaan wij ervan uit, dat er voor
de omwonenden van de AVI geen risico
voor de volksgezondheid is. Mochten er
niettemin in de toekomst signalen komen
die duiden op andere inzichten, dan zullen
wij niet nalaten tot doeltreffende
maatregelen over te gaan dan wel daar op
aan te dringen.
In de zomer van 1989 zijn enkel melkmon-
sters vanuit de directe omgeving van de
AVI onderzocht. De aangetoonde hoeveel
heden dioxines bleken toen omstreeks
2,3 picogram (10-12 gram) per gram melk
vet te bedragen. De huidige norm voor
dioxines is 6 picogram per gram melkvet,
waarbij een verlaging tot 4 picogram mo
menteel wordt overwogen. Aangezien uit de
emissiemetingen gebleken is, dat de AVI
relatief veel dioxines emitteert en boven
dien de ligging van het emissiegebied bij
benadering bekend is, is besloten opnieuw
een melkonderzoek te verrichten. Dat on
derzoek is zowel geografisch gezien als ook
in de tijd veel omvangrijker dan het in
1989 uitgevoerde onderzoek. Het doel hier
van is, om vanuit het oogpunt van zorgvul
digheid te controleren of de resultaten van
het eerdere onderzoek bevestigd worden en
vooral om de geografische spreiding van
eventuele verhoogde concentraties te kun
nen bepalen. De resultaten van dit melkon
derzoek zullen pas in de loop van septem
ber 1990 beschikbaar komen.
3
4. Kan het college aangeven op welke
wijze het is betrokken bij de ont
wikkelingen van '.e op het Leeu
warder grondgebied gevestigde vuil
verbrandingsinstallatie?
De Burgemeester is op 16 juli 1990 door
Gedeputeerde Steijvers mondeling op de
hoogte gesteld van de sluiting van de in
stallatie en de overwegingen die daartoe
hebben geleid. De gemeente heeft voorts,
nadat daar nadrukkelijk om was gevraagd,
van de inspectie een exemplaar van de on
derzoeksrapporten ontvangen.
Deze gang van zaken is in elk geval in
strijd met de eerdere belofte van de zijde
van de inspectie, namelijk dat de gemeente
op de hoogte zou worden gebracht van de
onderzoeksresultaten alvorens bepaalde
maatregelen te nemen.
De sluiting van de installatie zelf heeft
onze instemming. Het is praktisch gezien
onmogelijk een dergelijke verouderde in
stallatie zodanig "op te lappen", dat deze
aan de terecht steeds scherper gestelde eisen
kan voldoen. Wij hechten met andere woor
den geen geloof aan de "technische" verbe
terbaarheid van de installatie. Bovendien
zijn wij van mening, dat een dergelijke
installatie thans niet meer in het stedelijk
gebied thuishoort.
Wat de verdere ontwikkelingen in deze zaak
betreft, is verder nog van belang dat de
gemeente inmiddels wel betrokken is bij
het te houden bodemonderzoek. Dit geldt
vooral voor wat betreft de keuze van de
lokaties waar de bodemmonsters worden
genomen. Verder is met de betrokken in
stanties afgesproken, dat de gemeente zal
worden betrokken bij de afspraken die
moeten worden gemaakt over de informa
tieverstrekking nadat de resultaten van dit
onderzoek bekend zijn.
5. Kan het college aangeven op welke
wijze het huisvuil van de gemeente
Leeuwarden nu op verantwoorde
wijze kan worden verwerkt?
Al het in Friesland ingezamelde, huishou
delijk afval moet aan het OLAF worden
overgedragen. Het OLAF is verantwoorde
lijk voor overslag, transport en verwerking
van de aangeleverde afvalstoffen. De afval
stoffen die de afdeling Reiniging van de
Dienst Stadsbeheer inzamelt, worden na het
buiten bedrijf stellen van de afvalverbran
dingsinstallatie overgeslagen in containers.
Deze worden door vrachtauto's naar de
Weperpolder bij Oosterwolde getranspor
teerd, waar de inhoud van de containers
wordt gestort. Het OLAF had tot 3 augus
tus 1990 een vergunning ingevolge de Af
valstoffenwet voor de stortlokatie Weper
polder.
Het OLAF en het provinciaal bestuur van
Friesland plegen momenteel overleg met de
provinciale besturen van Groningen, Dren-