Aanhangsel nr. 8.
Antwoord van Burgemeester en Wethouders op schriftelijke vragen als bedoeld
in artikel 47, eerste lid van het Reglement van orde voor de vergaderingen
van de Raad der gemeente Leeuwarden, ingediend door mevrouw Y.A. Dijkstra-
Mol en de heer B. Bilker namens de CDA-fractie naar aanleiding van het
doorlichten van het Nederlandse Orkest- en Operabestel door de Commissie
Quené, namens de Raad voor de Kunst.
Eind oktober 1991 presenteerde de Minister van WVC aan de Raad voor de
Kunst haar Adviesaanvraag Kunstbeleid 1993 - 1996.
Deme Adviesaanvraag heeft veel reacties uitgelokt. Met name vanuit de niet-
randstedelijke provincies is kritiek geuit op de beleidsvoornemens van de
minister. De verdeling en spreiding van de rijksgelden voor de kunsten zou
evenwichtiger moeten. De Raad voor de Kunst heeft de Commissie Quené
gevraagd de plannen nader te bestuderen. De Commissie Quené heeft hierover
vertrouwelijk gerapporteerd aan de Raad voor de Kunst, waarna de Raad voor
de Kunst recentelijk zijn advies op de aanvraag van de minister heeft
uitgebracht
Alvorens hier in te gaan op de vragen van de CDA-raads1 eden mevrouw
Y.A. Dijkstra-Mol en de heer B. Bilker, stellen wij het volgende vast: de
Raad voor de Kunst stelt voor het subsidie aan het Noord-Nederlands Orkest
(NNO) met 2,1 min. gulden te reduceren tot een subsidiebedrag van 8 min.
gulden. Mede vanwege de voorgestelde bezuinigingen is het advies van de
Raad voor de Kunst (evenals het Kunstenplan van de minister) voor ons
volstrekt onaanvaardbaar.
Het voorstel van de Raad voor de Kunst om Opera Forum op te heffen en in
plaats daarvan in Enschede een reisoperagezelschap te vestigen zonder een
speciaal operabegeleidingsorkestheeft voor het NNO grote consequenties.
Dit geldt voor de programmering (minder symfonisch repertoire, nauwelijks
tot geen koorbegeleiding meer, operabegeleiding als nieuwe taak), evenals
voor het speelgebied (dat wordt groter)Een dergelijke bezuiniging kan
naar onze mening nooit samengaan met de gewenste uitbreiding van het aantal
formatieplaatsen bij het NNO.
Vragen:
Antwoorden:
1. Bent u met ons van oordeel
dat het uitgebrachte advies
van de Commissie Quené een
bedreiging vormt voor het
Noord-Nederlands Orkest
omdat er sprake is van
(wederom) een afslanking van
het aantal formatieplaatsen?
Het rapport dat de Commissie Quené
vertrouwelijk heeft uitgebracht
aan de Raad voor de Kunst, is te
gelijk met het presenteren van het
Advies van de Raad aan de minister
openbaar gemaakt.
De Commissie Quené heeft geadvi
seerd de vorming van drie regiona
le orkesten te realiseren die ie
der een subsidie van 8 min. gulden
krijgen voor het verzorgen van een
symfonisch aanbod in de grotere
zalen van een speelgebied met gro
tere omvang dan het huidige. Naast
deze symfonische taak zouden de
drie regionale orkesten jaarlijks
circa 0,5 min. gulden aan extra
inkomsten moeten kunnen krijgen
door operavoorstellingen te bege-