Aanhangsel nr. 13
Namens de D'66 fractie hebben de raadsleden P.D. Bakker en M.J.M. Hoogeveen
schriftelijk vragen gesteld over de opvang van vluchtelingen uit het voor
malige Joegoslavië.
Aangenomen wordt dat het hier gaat om vragen als bedoeld in artikel 47,
eerste lid, van het reglement van orde voor de vergaderingen van de Raad
der gemeente Leeuwarden.
De vragen van D'66 en het antwoord daarop van Burgemeester en Wethouders
luiden als volgt.
Inleiding vragen:
In verband met de alarmerende en mensonterende situatie in het voormalige
Joegoslavië wil de gemeenteraadsfractie van D'66 u een aantal vragen
stellen. De vragen hebben betrekking op de mogelijkheden voor opvang van
vluchtelingen uit het betreffende gebied in de gemeente Leeuwarden. Het
betreft de volgende vragen.
1Welke mogelijkheden ziet het
college om op korte termijn
vluchtelingen onder te brengen
in leegstaande gebouwen zoals
scholen (bijvoorbeeld de
Ferdinand Bol)?
Wij zijn in principe bereid een
bijdrage te leveren aan de opvang
van vluchtelingen uit het voor
malige Joegoslavië. De regie van
de opvang ligt echter bij het
rijk. We hebben minister d'Ancona
en staatssecretaris Kosto verzocht
met ons in overleg te treden over
de mogelijkheden tot opvang van
gevluchte ex-Joegoslaven in
Leeuwarden. Bijgaand treft u de
hierop betrekking hebbende brieven
aan. Inmiddels heeft afgelopen
woensdag (26-8-1992) overleg
plaatsgevonden met het rijk over
het door het ministerie van Defen
sie beschikbaar gestelde Burmania-
kamp bij de luchtmachtbasis te
Leeuwarden,waar 125 ex-Joegoslaven
kunnen worden opgevangen. Tot op
heden vraagt het rijk gebouwen die
geschikt zijn voor de directe op
vang van grotere groepen mensen.
Wij menen dat naast bovengenoemd
gebouw dergelijke gebouwen niet
voorhanden zijn in onze gemeente.
Ook de Ferdinand Bolschool voldoet
niet aan de wensen van het rijk.
