2. Heeft B. en W. het gevoel dat
dit voor G.S. harde voorwaarden
zijn, op zowel de korte als de
lange termijn. Concreet bete
kent dit o.a. of G.S. vasthoudt
aan een duidelijke concentra
tie, waarbij wij denken aan een
minimum van 901 op woningen van
tenminste f 350.000,-.
Gedeputeerde Jansen heeft hierop
de volgende aanvulling gegeven:
"Op 6 januari 1994 is de woning
bouw bij Goattum in informatieve
zin besproken in het Bestuurlijk
Overlegplatform van het Stadsge
west Leeuwarden.
Door het platform worden vraagte
kens gezet bij de realiseringskan
sen. Een definitief oordeel zal
pas gegeven worden als het stads
gewestelijk woningmarktplan afge
rond is (maart/april 1994) en de
consequenties van de woningbouw
bij Goattum in dit kader beoor
deeld zijn"
Tot zover het citaat van het bij
ons bekende standpunt van G.S.
Voorwaarden, welke met de project
ontwikkelaar zullen worden over
eengekomen zijn ons op dit moment
niet bekend. De gemeente
Boarnsterhim speelt hierin een
rol. Een expliciete voorwaarde van
G.S. is het verkrijgen van de me
dewerking van het rijk. Het is ons
niet duidelijk of het hier naast
de planologische medewerking ook
nog om andere vormen van medewer
king gaat (zoals bijvoorbeeld
financiële medewerking aan de aan
de omlegging van het Prinses
Margrietkanaal gekoppelde projec
ten)
Wij kunnen op dit moment geen goe
de inschatting maken van de stel
ligheid waarmee G.S. willen vast
houden aan (nog te formuleren)
randvoorwaarden. Wel heeft Gedepu
teerde S. Jansen in het Bestuur
lijk Overlegplatform Stadsgewest
Leeuwarden (BOSL) gemeld, dat pas
een definitief oordeel zal worden
gegeven als het stadsgewestelijk
woningmarktplan is afgerond en de
woningbouw voor de locatie Goattum
in dit kader beoordeeld kan wor
den
2
3. Is B. en W. met ons van mening
dat, zelfs als het harde voor
waarden zijn, het onverstandig
is dat G.S. medewerking ver
leent aan deze plannen, daar
dit kan leiden tot een kwalita
tieve afroming van het poten
tiële klantenbestand voor
Hempens/Teerns
Wethouder ir. J.A.F.A. Timmermans
heeft in het BOSL namens ons col
lege het standpunt ingenomen, dat
tegen de bouwplannen bij Grou geen
bezwaren bestaan zolang deze pas
sen in het stadgewestelijk woning
marktplan. Indien blijkt dat de
plannen hiermee op gespannen voet
staan, dan zullen wij dit zeker -
zo mogelijk - in stadsgewestelijk
verband kenbaar maken. Ons inziens
kunnen G.S. op grond van het door
hen op dit moment ingenomen stand
punt in een dergelijke situatie
niet anders dan tot de conclusie
komen, dat de plannen niet stoelen
op een verantwoord woningmarktbe-
leid
4. Is het college bekend of G.S.
nog steeds staat achter de
plannen rond Hempens/Teernsen
is het ook bekend, als G.S. een
keuze zou moeten maken als er
wel sprake dreigt te zijn van
concurrentie tussen beide plan
nen, welk plan dan op de steun
mag rekenen van G.S.
G.S. staan achter de woningbouwlo
catie Hempens/Teerns op grond van
de voorlopig door G.S. vastgestel
de nota "Verstedelijking stadge-
west Leeuwarden" en het ontwerp-
streekplan Friesland 1994. Gedepu
teerde S. Jansen heeft dit nog
eens bevestigd in het BOSL. Wij
gaan er vanuit, dat bij spanning
tussen beide plannen G.S. voor de
kern van het stadsgewest zullen
kiezen.
5. Heeft het college een idee hoe
van rijkszijde, c.q. de inspec
tie, op deze plannen zal worden
gereageerd, zeker afgezet tegen
de mogelijke concurrentie van
deze plannen met de plannen
rond Leeuwarden.
Wij hebben de indruk, dat van de
zijde van het rijk (inspecties
"Volkshuisvesting" en "Ruimtelijke
Ordening") vanuit hetgeen aan
bouwopgave is geformuleerd in het
kader van de vierde nota extra
(Vinex)het initiatief voor
"Goattum" kritisch wordt gevolgd
en voor zoveel nodig gereageerd
zal gaan worden. Dit zal naar onze
inschatting zeker het geval zijn
als het voornemen daadwerkelijk
wordt omgezet in planologische
maatregelen.
3