Advies
Niet in beroep gaan tegen de beschikking van de Staatssecretaris van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 20 juli 1995, kenmerk CFI/I/HT 2
94/201205-U inzake de weigering van het overzicht vermeerdering huisves
tingsvoorziening basisonderwijs. (OVH-1996)
Motivering
In het door de Raad bij besluit van 11 oktober 1994, nummer 14953 vastge
stelde "Overzicht vermeerdering huisvesting 1995" zijn vijf openbare- en
zeven bijzondere basisscholen opgenomen, (zie bijgevoegd copie-raadsbesluit
inzake de basisscholen met de daarbij behorende voorzieningen)
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen heeft bij
beschikking van 20 juli 1995, kenmerk CFI/I/HT2 94/201205-U besloten, om
ten behoeve van de navolgende basisscholen de goedkeuring te weigeren op
grond van artikel 59, tweede lid van de WBO.
Basisschool Weigeringsgrond
De Ljepper. onvoldoende prognose gegevens en uitgeput
Rijksbudget
Het Palet en Wiardaskoalle onvoldoende prognose gegevens.
Plataanschool en De Wester. niet toegekend stichtingsjaar en het niet
voldoen aan de ministeriële regels v.w.b.
de bouwkundige rapportage.
Oranje Nassau en Pr. Bern- dislokatie van een fusieschool.
school
Albertine Agnesschool. niet toegekend stichtingsjaar en het niet
voldoen aan de ministeriële regels v.w.b.
de bouwkundige rapportage.
W. de Zwijger en de Arke. de te verwachten ontwikkeling van het leer
lingen aantal.
Amalia van Solms en de onvoldoende prognose gegevens en uitgeput
J.W. Frisoschool Rijksbudget.
Voor meer toelichting verwijs ik U kortheidshalve naar de inhoud van de
hierbij gevoegde beschikking van de Staatssecretaris van 0, C en W.
Op 21 juni j.l. deelde dhr. Eggingk van het CFI ons telefonisch mede dat
de OVH-aanvraag 1995 ten behoeve van de hiervoor genoemde basisscholen niet
zou worden goedgekeurd.
Voor U is dit aanleiding geweest om bij brief van 30 juni j.l. bij het CFI
te bepleiten, dat alvorens een definitieve beschikking zou worden verzonden
eerst mondeling overleg te laten plaatsvinden (met name over de prognose-
gegevens) tussen CFI-ambtenaren en de Gemeente Leeuwarden.
Op 3 jul-i j.l. heeft over het vorengenoemde een overleg plaatsgevonden
tussen de staatssecretaris van 0,C en W en de wethouder P de Jong.
Tijdens dit gesprek zijn geen argumenten naar voren gebracht die tot een
ander oordeel zouden kunnen leiden. Ook is de conclusie getrokken dat een
vervolgoverleg tussen beide genoemde instanties weinig zinvol zou zijn. Van
een nieuw overleg is dan ook afgezien.
Ook tegen de weigeringsgronden als "uitgeput Rijksbudget", niet toegekend
stichtingsjaar" etc. kunnen geen argumenten meer naar voren worden gehaald
die tot oordeel kunnen leiden dat de gevraagde voorzieningen als noodza-