Aanhangsel nr. 5
Antwoord van Burgemeester en Wethouders op schriftelijke vragen als bedoeld in arti
kel 3 7 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de Raad der gemeente
Leeuwarden, ingediend door de heer A. Roekiman, namens de PAL/Groen Links-fractie
inzake de Wet Bevordering Evenredige Arbeidsdeelname Allochtonen (WBEAA)
Vragen
1. Is het college voornemens om de Wet
Bevordering Evenredige Arbeidsdeel
name Allochtonen uit te voeren?
Zo niet, wil het college hierom
trent nader uitleg geven?
Uiteraard zijn wij voornemens om de Wet
Bevordering Evenredige Arbeidsdeelname
Allochtonen uit te voeren. In het door
u bedoelde artikel is vermeld dat de
invoering veel tijd en kosten met zich
mee brengt. In die zin spoort de kop
van het gewraakte artikel dan ook niet
met de inhoud ervan.
Nog vóór de zomervakantie zal het per
soneel in dienst bij de gemeente Leeu
warden worden benaderd met het verzoek
de benodigde informatie voor uitvoering
van de wet te verstrekken.
2. Is het college met ons van mening
dat ambtenaren ook zorgvuldig die
nen om te gaan met uitspraken die
in de publiciteit komen?
Gelet op de uitspraken van de heer
Van Kaam, hoofd personeel en orga
nisatie in de FD van 20-05-1995,
bestaat het gevaar dat de indruk
wordt gewekt dat er geen gekwalifi
ceerd personeel is onder de alloch
tonen
Is het college voornemens iets te
gen soortgelijke uitspraken te gaan
ondernemen?
Ook wij zijn van mening dat ambtenaren
zorgvuldig dienen te zijn met hun uit
spraken en niet alleen als deze in de
publiciteit komen. Wij zijn niet van
oordeel dat door de uitspraken van de
heer Van Kaam de indruk wordt gewekt
als zou er geen gekwalificeerd perso
neel aanwezig zijn onder allochtonen.
Nu u die indruk kennelijk wel heeft
hechten wij er waarde aan nadrukkelijk
te verklaren dat een dergelijke opvat
ting niet de onze is.
Wij zijn van oordeel dat doorgaans door
ambtenaren voldoende zorgvuldig wordt
omgegaan met uitspraken in het openbaar
en dat aanvullende maatregelen niet
nodig zijn.