Yfjlii i 2a. Verwacht het college compli caties met betrekking tot de geplande uitvoering en de verwachte resultaten van het 'LIS'-project. 2b. Zo ja, welke en wat denkt het college daaraan te gaan doen? 2c. Als deze complicaties tot een vertraging van het 'LIS'-project leiden, op welke termijn komt er dan een aangepaste planning be schikbaar? 3a. Zijn de in 1994 beschikbaar gestelde gelden nog steeds voldoende om de doelstellin gen van het LIS'-project te realiseren? 3b. Zo nee, welke extra inzet van middelen is nodig en waaruit denkt het college dit te dekken? "Leeuwarden in Stelling" kan niet anders dan als een majeur verande- rings- en verbeteringstrajeet wor den gekenschetst De oorspronkelijke tijdplanning was ambitieus en geconstateerd moet worden dat een aantal omstan digheden die planning verder onder druk heeft gezet. Dit betreft on dermeer de latere start dan in de oorspronkelijke tijdplanning was voorzien, de 'vernieuwing' van de ambtelijke top aan het begin van 1995, de collegewisseling en re cent het vertrek van de gemeente secretaris en de directeur Be- drij fsvoering Het college acht het desondanks mogelijk de essentiele onderdelen (de centrale bedrijfsvoeringspro cessen) van het project binnen de contracttermijn, die eindigt op 1 januari 1998, te realiseren. De verwachting is overgens, dat de volledige implementatie, en met mate ook de verandering van de bedrijfscultuur, meer tijd zal vergen. Op grond van de onder 1genoemde notitie is de verwachting gerecht vaardigd dat voor de afronding van het project binnen de contractter mijn, zoals hiervoor beschreven, de inzet van extra middelen nodig is Het college heeft opdracht gegeven een onderbouwde raming te maken van de benodigde extra middelen en deze te voorzien van een dekkings- voorstel 4De inzet en motivatie van het ambtelijk personeel is één van de randvoorwaarden bij de uitvoering van dit project. Hoe is het volgens het college momenteel ge steld met de opstelling van het ambtelijk personeel ten opzichte van het het 'LIS'- project? De opstelling van de medewerkers die in de huidige (ontwerp)fase van LIS een belangrijke rol spelen is positief. Het betreft hier ech ter een beperkte groep medewer kers Tijdens de daarop volgende imple mentatie zal veel aandacht moeten worden besteed aan de betrokken heid van het totaal van de mede werkers Leeuwarden, 12 maart 1996. burgemeester 'U/r secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1996 | | pagina 12