7 Is het college bereid om de sinds 1 april 1994 betaalde eigen bijdragen voor rolstoelen en overige voorzieningen (met uitzondering van woningaan passingen) terug te betalen aan de belanghebbenden? Vanaf de komst van de Wvg is in Leeuwarden beleid gevoerd dat past binnen deze wet en hieruit voort vloeiende regelingen. Eigen bij dragen die vanaf 1 april 1994 zijn betaald, zijn gelimiteerd door de alsdan geldende regeling. Daar waar strikte toepassing van de wet en verordening tot een schrijnende situatie zou leiden, is binnen de rek van de regelgeving een pas sende oplossing gezocht. Eind 1995 heeft het Kabinet aange kondigd de eigen bijdrage regeling te zullen wijzigen. Aanvankelijk werd 1 januari 1996 als ingangs datum gesuggereerd, uiteindelijk heeft het Kabinet besloten de nieuwe "regeling" met ingang van 1 april 1996 van kracht te laten zijn. Vorenstaande heeft er toe geleid dat wij aan de raad voor stellen de voorgestelde wijzigin gen m.b.t. de eigen bijdragen met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 1996 in te laten gaan. Leeuwarden, 2 april 1996. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, secretaris Aanhangsel nr. 10 Antwoord van de Burgemeester op schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente Leeuwarden, ingediend door de heer A.A.M. Brok, fractie voorzitter van de WD, inzake de positie van de korpsbeheerder zoals die in de Politiewet van 1993 verankerd is. Inleiding Naar aanleiding van het rapport van de "Enquêtecommissie opsporingsmetho den" en een artikel uit Binnenlands Bestuur d.d. 26 januari, heeft de WD fractie een aantal schriftelijke vragen gesteld aan de Burgemeester van Leeuwarden Vragen 1. Deelt de Burgemeester van Leeuwarden, als korpsbeheerder maar ook als Burgemeester de mening dat korpsbeheerders een eigen verantwoordelijkheid hebben ten aanzien van de in zet van opsporingsmethoden en dat korpsbeheerders de in te zetten opsporingsmethoden die nen te beoordelen? 2Acht de Burgemeester van Leeuwarden het wenselijk dat hij als korpsbeheerder op de hoogte is van de inzet van vergaande opsporingsmethoden en bij beslissingen hierover betrokken wordt Vervolgvraagin hoeverre is de Burgemeester van Leeuwarden in het verleden geïnformeerd door het Openbaar Ministerie en de politie over opspo ringsmethoden? Antwoorden De korpsbeheerder van politieregio Friesland en de Burgemeester van Leeuwarden zijn weliswaar dezelfde persoon maar hebben geheel ver schillende verantwoordelijkheden De positie van de Burgemeester van Leeuwarden verschilt in de politieregio Friesland in geen enkel opzicht van die van de 3 0 andere Friese Burgemeesters De Burgemeester van Leeuwarden is net als de andere Burgemeesters lid van het regionaal college, dat de politieregio bestuurt. Omdat hij korpsbeheerder is is hij voor zitter van dit college. De verantwoordelijkheid voor de opsporing van strafbare feiten en de daarbij toegepaste methoden ligt bij het Openbaar Ministerie. De hoofdofficier is daarvoor de eerst aanspreekbare persoon. De korpsbeheerder is verantwoorde lijk voor het beheer van het regionale korps. Bij beheer gaat het om de inzet van politiecapaci teit met de daarmee gepaard gaande risico's De korpsbeheerder hoort in algeme ne zin op de hoogte te zijn van de inzet van opsporingsmethoden en moet ze ook kunnen beoordelen. Werkstijl en beroepsethiek behoren tot de competentie van de korpsbe heerder

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1996 | | pagina 15