Gesuggereerd is in het recente
verleden voor de z.g. "Tuinen
groep" een laagdrempelige voor
ziening te realiseren. Wat is
hieromtrent de stand van zaken
of wat is daarvan terecht geko
men?
Via overleg door vrijwilligers van
het Aanloophuis met de "Tuinen-
groep" (najaar '95) werd duidelijk
dat het zich conformeren aan re
gels binnen de opvangvoorzieningen
het struikelblok vormde
Door het Aanloophuis is een oplos
sing voor opvang voor deze groep
gezocht, echter er is daar geen
gebruik van gemaakt.
3Is het college met de CDA frac
tie van mening dat de door de
politie geconstateerde structu
rele overlast, met name in de
zomermaanden, bij de
Voorstreek/Tuinen, het Paleis
van Justitie en de Prinsentuin
moet worden aangepakt?
4Is het College met de CDA-
fractie en de Politie van
mening dat de APV moet worden
aangevuld met een artikel dat
alcoholgebruik in de binnenstad
(openbare ruimte) verbiedt?
Ja.
De politie houdt dan ook extra
toezicht op de genoemde plaatsen
en pakt excessen aan.
Er is daarnaast een werkgroep,
bestaande uit vertegenwoordigers
van betrokken organisaties en amb
telijke vertegenwoordigers, die
zich in brede zin met deze proble
matiek bezig houdt.
Voorts zijn er in het kader van
het Grote Steden Beleid projecten
ingediend, die mede de hier
bedoelde overlast kunnen
tegengaan
Wij hebben nauwelijks signalen
ontvangen die er op zouden duiden
dat er sprake is van excessieve
vormen van overlast, al dan niet
in combinatie met alcoholgebruik.
Om die reden menen wij dan ook dat
er onvoldoende aanleiding is voor
speciale maatregelen.
Overigens merken wij op dat de
APV reeds een aantal bepalingen
bevat op grond waarvan het
mogelijk is op te treden tegen
overlast veroorzakend gedrag op
straat. Dit betreft de artikelen
2.4.7 tot en met 2.4.10. Artikel
2.4.8. regelt het zogenaamde
"alcoholverbod"Op grond hiervan
kunnen burgemeester en wethouders
een gebied aanwijzen waarbinnen
het onder meer verboden is
alcoholhoudende drank te nuttigen.
Terrassen zijn daarvan
uitgezonderd
5. Kan tijdens de eerstvolgende
vergadering van de Cie. Openba
re Orde (aug./sept.) het voor
gaande op de agenda worden ge
plaatst met als doel te komen
tot besluitvorming hieromtrent?
Met de burgemeester en de leiding
van de politie Midden-Friesland
zijn wij van mening dat het aan
wijzen van de binnenstad in de zin
van het hiervoor genoemde artikel
weinig toevoegt aan de al bestaan
de mogelijkheden. Voor zo'n aan
wijzing zien wij dan ook onvol
doende reden
Over de toepassing van de overige
mogelijkheden heeft de burgemee
ster inmiddels afspraken met de
leiding van de politie gemaakt.
Hoewel wij van mening zijn dat er
geen aanleiding is voor besluit
vorming, is de burgemeester bereid
deze vragen en antwoorden op de
agenda voor de vergadering van 16
september a.s. van de Commissie
Openbare Orde te plaatsen.
Leeuwarden, 27 augustus 1996.
burgemeester
secretaris
