I' van de schade" Na overleg met de toenmalige afdeling Kabinet en Bestuursadvisering van de dienst Algemene Zaken heeft mr. Werle bij brief van 16 augustus 1996 de advocaat van de heer I,os bericht, dat de gemeente de stellingen in het faxbericht van 15 april 1996 als ongefundeerd en/of onjuist van de hand wees en dan ook niet bereid was met de heer Los overleg te plegen omtrent enige schadevergoeding. Vervolgens werd afgewacht of de heer Los inderdaad tot dagvaarding van de gemeente zou overgaan. Op 17 februari 1997 bleek via een faxbericht van de advocaat van de heer Los aan mr. Werle, dat de heer Los de gemeente op 2 8 november 1996 had gedagvaard en dat de gemeente intussen door de kantonrechter op 7 januari 1997 bij verstek was veroordeeld tot het betalen van een nader te bepalen schadevergoeding aan de heer Los als gevolg van de beëindiging van de huurover eenkomst. Daarbij bleek tevens dat, bij gebreke van het (tijdig) instellen door de gemeente van het gewone rechtsmiddel verzet, het verstekvonnis ultimo 13 februari 1997 onherroepelijk was geworden. Mr. Werle stelde bij faxbericht op 17 februari 1997 het hoofd van de afdeling JVZ van de dienst Algemene Zaken (i.e. de deze zaak behandelende afdeling) van deze onverwachte ontwikkeling op de hoogte. Eerst toen werd duidelijk dat er met betrekking tot de ontvangstname en doorgelei ding/verwerking van de twee belangrijke door de deurwaarder in opdracht van de heer Los aan de gemeente op respectievelijk 28 november 1996 en 2 9 januari 1997 uitgebrachte exploiten inzake de dagvaarding en het verstekvonnis binnen de gemeentelijke organisatie iets goed fout was gegaan Beide exploiten zijn namelijk niet doorgeleid naar de afdeling JVZ, die deze zaak in behandeling had, waardoor zowel in eerste instantie (ter zitting van de kantonrechter) als in tweede instantie (verzet tegen het verstekvonnis) de belangen van de gemeente niet verdedigd konden worden. Ter zijde wordt hierbij nog opgemerkt dat het in de advocatuur volgens daarvoor opgestelde gedragsregels gebruikelijk is dat advocaten van partijen in een gerechtelijke procedure elkaar in kennis stellen van b.v. het voornemen de tegenpartij te dagvaarden en van de in het geschil uitgesproken rechterlijke vonnissen. In het onderhavige geval heeft de advocaat van de heer Los dit niet gedaan, waardoor mr. Werle ook langs die weg niet op de hoogte was van de uitgebrachte dagvaarding en van de inhoud van het door de kantonrechter gewezen vonnis. Ons college werd op 7 maart 1997 van deze gang van zaken op de hoogte gesteld. Op 13 maart 1997 heeft de gemeentesecretaris de concernstaf opdracht gegeven een onderzoek te verrichten naar de gang van zaken en voorstellen te doen, die in redelijkheid de hiervoor geschetste gang van zaken in de toekomst zouden voorkomen. Het onderzoek is uitgevoerd door een tweetal medewerkers van de concernstaf-beleid. De routing van de exploiten in het algemeen en van de beide exploiten in de onderhavige zaak in het bijzonder is geanalyseerd. Daartoe zijn onder meer indringende gesprekken gevoerd met de direct bij deze zaak betrokken medewerkers/sters Het resultaat van het onderzoek is neergelegd in een notitie van 17 maart 1997. Daaruit blijkt dat niet kon worden getraceerd waar en bij welke medewerker/ster het in de onderhavige zaak fout is gegaan. 2 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Schriftelijke vragen) | 1998 | | pagina 4