5. Is financiering van de ophef
fing van bovenbedoelde gebre
ken door Cambuur mogelijk?
Leeuwarden, 5 januari 1999.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
Financiering voor het oplossen
hiervan zal dan ook geen probleem
mogen zijn.
2
Aanhangsel nr. 4
Antwoord van burgemeester en wethouders op de op 19 november 1998 ontvangen
schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37, eerste lid van het
Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente
Leeuwarden ingediend door mevrouw T. de Haan betrekking hebbende op de
sloop van twee 7-hoog flats aan de Hooidollen en de Jokse te Leeuwarden.
Dit in aanvulling op het gesprek dat tussen mevrouw De Haan en de
portefeuillehouder over deze materie op 25 november 1998 heeft
plaatsgevonden
Vragen
1. Waarom heeft de wethouder op
6 oktober 1998 ontkend, dat de
sloopaanvraag reeds was
aangevraagd en gehonoreerd?
Antwoorden
In de vergadering van de Commissie
Stadsontwikkeling van 26 mei 1998
is bij de behandeling van de
aanvraag voor een bijdrage voor
1998 ter herstructurering van de
goedkope woningvoorraad van de
woonbuurten De Hooidollen en De
Jokse van de wijk Bilgaard door de
wethouder meegedeeld, dat de
desbetreffende sloopaanvraag pas
zal worden gedaan, nadat de
bewoners van de desbetreffende
flats zijn geherhuisvest. Deze
opmerking moet worden gezien tegen
de achtergrond van een afspraak
met de stichting Volkshuisvesting
inhoudende, dat de sloopaanvraag
door deze Stichting zou worden
ingediend op een moment, dat er
zicht bestond op een passende
herhuisvesting van de betrokken
huurders. Dit bleek in de loop van
de maand september 1998 het geval
te zijn, zodat het op zich dus
niet verrassend is, dat de
aanvraag op 24 september 1998 is
ingediend. In de door u
aangehaalde commissievergadering
van 6 oktober 1998 was de
betrokken wethouder feitelijk niet
op de hoogte gesteld van het feit,
dat de aanvraag formeel reeds was
ingediend c.q. de vergunning reeds
zou zijn verleend, waardoor
verwarring kon ontstaan. Voorts
verwijzen wij u naar het antwoord
op vraag 1 behorende bij het
Aanhangsel nr. 11 van 10 november
1998
1