Aanhangsel nr. 17
Antwoord van burgemeester en wethouders op schriftelijke vragen als bedoeld
in artikel 37, eerste lid, van het Reglement van Orde voor de vergaderingen
van de raad der gemeente Leeuwarden, ingediend door de fractie van de Pa r-
tij van de Arbeid inzake het onderhoud van de Westerkerk te Leeuwarden.
Vragen
1. Heeft de gemeente de afgelopen
jaren geld gereserveerd voor
achterstallig binnen- en bui-
tenonderhoud van de Wester
kerk? Zo ja, onder welke be
grotingspost is dit bedrag te
rug te vinden?
2Hoeveel van dit gereserveerde
geld is daadwerkelijk besteed
aan het onderhoud van de Wes
terkerk?
3. Waarom kiest de gemeente niet
voor een systematiek waarbij
de subsidie wordt uitgekeerd,
inclusief een bedrag voor on
derhoud, zodat de stichting
zelf kan bepalen welk onder
houd op welk tijdstip gepleegd
wordt, daarbij rekening hou
dende met exploitatieoverwe
gingen en met eisen die de ge
meente aan het onderhoud van
monumentale panden stelt?
Antwoorden
Ja, voor groot onderhoud (en ook
voor het regulier onderhoud) zijn
jaarlijks budgetten beschikbaar.
De budgetten voor groot onderhoud
worden toegevoegd aan de voorzie
ning voor groot onderhoud en ten
laste van deze voorziening komen
de uitgaven die voor groot onder
houd zijn gedaan. Voor het verloop
van de voorziening: zie het over
zicht
De onderhoudsposten en de overige
kosten en opbrengsten met betre k-
king tot de panden zijn in de be
groting (2000) in totalen opgeno
men, onder het product "Exploita
tie Vastgoed", productnummer 1326,
productcode 310.07.02. Bij de af
deling Vastgoed is de specificatie
van de kosten per pand aanwezig.
In 1999 is aan groot onderhoud een
bedrag ad f 223.616,- besteed. Zie
ook hiervoor het overzicht.
Het gaat hier om een pand in ei
gendom van de gemeente, dat wordt
verhuurd aan de Stichting Wester
kerk. De zorg voor de instandhou
ding van het gebouw, dus onder
meer het uitvoeren van het onde r-
houd aan het casco van het gebouw
en de gebouwafhankelijke installa
ties, ligt bij de eigenaar. Ook
contractueel is dit geregeld.
Verlegging van deze zorg geeft
alleen extra afstemmingsproblema-
tiek, daar de verantwoordelijkheid
niet mee overgedragen wordt of kan
worden. Bij de uitvoering van on
derhoud gaan wij uit van de eisen
volgens de periodieke inspectie
rapporten, technische onderhouds-
cycli en eisen, die door de Monu-
1