Aanhangsel nr. 11
Antwoord van burgemeester en wethouders op schriftelijke vragen als bedoeld
in artikel 37, eerste lid, van het Reglement van Orde voor de vergadering
van de raad der gemeente Leeuwarden, ingediend door de heer R. Sluiter van
de fractie Partij van de Arbeid over de problematiek rondom
uitgeprocedeerde asielzoekers.
Vragen
1. Is het college op de hoogte
van de praktijk van de
opvang van uitgeprocedeerde
asielzoekers in Groningen?
2. Is het college benaderd door
de kerken of door de
Stichting Inlia of door de
Vereniging Friese Gemeenten
of door het college van
Gedeputeerde Staten van
Friesland?
3. Zo ja, wat is dan de
opstelling van het college
geweest?
Antwoorden
Ja
Over dit onderwerp niet. Wel zijn wij
bij brief van 13 november 2000
benaderd door de Diaconie
Gereformeerde Kerk Leeuwarden. De
kernvraag hierbij was of het college
een actieve rol zou willen spelen bij
de bewustwording op lokaal niveau van
het maatschappelijke probleem, zijnde
de problematiek rondom asielzoekers
zonder voorzieningen.
Het college heeft vastgehouden aan
haar eerder ingenomen standpunt het
rijksbeleid niet te willen
doorkruisen. Het Rijk is primair
verantwoordelijk voor het vreemde
lingenbeleid, in het bijzonder het
toelatings- en terugkeerbeleid, in
Nederland
(Voor het antwoord van het college aan
de Diaconie Gereformeerde Kerk
Leeuwarden wordt verwezen naar de als
bijlage toegevoegde brief van 28
november 2000.)
4. Zo nee, wat zou dan de
opstelling van het college
geweest zijn?
5Kunnen de actuele
ontwikkelingen voor het
college een reden vormen om
een eerder ingenomen
standpunt ten opzichte van
een hulpvraag in dit verband
te heroverwegen?
N.v.t
Het college is bij meerderheid van
oordeel dat er opnieuw een incidentele
bijdrage aan de Stichting Respons
gegeven moet worden.
