arm 5. Voorstel tot benoeming gemeentelij ke vertegenwoordigers in bestuurs organen van gemeenschappelijke regelingen GEMEENTE BOORNSTERHEM Aan de gemeenteraad. Grouw, 20 januari 1984. De wet van 6 juli 1983 tot gemeentelijke herindeling van Friesland bepaalt in artikel 12 onder meer dat gemeenschappelijke regelingen waaraan uitslui tend wordt deelgenomen door twee of meer van de op te heffen gemeenten, met ingang van 1 januari 1984 vervallen. De overige gemeenschappelijke rege lingen blijven gedurende een termijn van een half jaar van kracht. Uit datzelfde artikel blijkt dat de leden van de organen van die gemeenschap pelijke regelingen, aangewezen door de gemeentebesturen van vóór 1 januari in deze organen zitting blijven hebben totdat het gemeentebestuur van Boorn sterhem in de aanwijzing heeft voorzien. Zoals u zult begrijpen is het om meerdere redenen gewenst zo spoedig moge lijk de nieuwe vertegenwoordigers door de raad en door ons college aan te wijzen. Daartoe hebben wij een overzicht samengesteld van de samenwerkings organen, hun vertegenwoordiging, het tot aanwijzen bevoegd orgaan en de door ons college aanbevolen respectievelijk benoemde vertegenwoordigers. Voor alle duidelijkheid merken wij nog op dat het aanwijzen van de nieuwe vertegenwoordigers geen gevolgen heeft ten aanzien van het al dan niet con tinueren van de samenwerkingsvorm. Daarover dient uw raad te beslissen. Wij stellen u voor tot benoeming over te gaan. Burgemeester en wethouders der gemeente Boornsterhem, de secretaris, de burgemeester, A. CarolusB.G. Holtrop. vÊ

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1984 | | pagina 22