9. Voorstel tot vaststelling van een
verordening inzake het toekennen
van een tegemoetkoming in de reis
kosten voor woon- werkverkeer.
GEMEENTE BOORNSTERHEM
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 10 februari 1984.
Een deel van het personeel van de gemeente Boornsterhem heeft met in
gang van 1 januari 1984 een nieuwe standplaats gekregen en zal dagelijks
heen en weer moeten reizen tussen zijn woon- en standplaats.
De indertijd ingestelde sub-werkgroep personeelszaken heeft hierover aan
de coördinatiecommissie en de URI-colleges een advies uitgebracht.
In het advies van de coördinatiecommissie is de voorkeur uitgesproken
voor een vaste vergoeding per dag, berekend naar een kilometerprijs van
0,25, over 46 weken per jaar en 5 dagen per week, ongeacht de wijze
van vervoer.
De regeling is mede ontstaan vanuit de overweging, dat deze ambtenaren
tijdens de middagpauzes niet meer naar huis kunnen en zullen moeten over
blijven. De werkgroep heeft gemeend, dat een compensatie hiervoor op zijn
plaats is.
Zowel de coördinatiecommissie als de drie URI-colleges hebben zich in
grote lijnen met dit standpunt kunnen verenigen.
Voor de ambtenaar die vóór 1 januari 1984 niet in zijn standplaats woonde
geldt de regeling echter alleen voor zover de na 1 januari 1984 af te
leggen afstand de door hem afgelegde afstand van vóór 1 januari over
schrijdt. Voor die ambtenaar worden derhalve uitsluitend de meer af te
leggen kilometers vergoed.
Het Bijzonder Georganiseerd Overleg (B.G.O.) heeft zich eveneens met de
voorgestelde regeling kunnen verenigen, mits de vaste tegemoetkomingen
in netto-bedragen worden uitgekeerd. De gemeente zou dan de over het be
lastbare deel verschuldigde inkomstenbelasting aan de ambtenaar, boven
het bedrag van de vaste vergoeding moeten uit betalen.
Staande de vergadering is deze toezegging door de voorzitter gedaan.
Wij stellen u voor, de verordening, welke in concept bij de stukken voor
u ter inzage ligt, vast te stellen.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boornsterhem,
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.