fy7
GEMEENTE BOORNSTERHEM
13. Voorstel tot het nemen van een voor-
bereidingsbesluit ex artikel 21 van
de Wet op de Ruimtelijke Ordening
voor het oprichten van garages aan
de Wjitteringswei te Oldeboorn.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 10 februari 1984.
Van de heren B.R. Dijkstra en J. Zwanenburg, Wjitteringswei nr.
74, respectievelijk nr. 76 te Oldeboorn, zijn aanvragen ontvangen
om een bouwvergunning voor het plaatsen van een garage nabij hun
woningen op de percelen kadastraal bekend gemeente Oldeboorn, sectie
E, nrs1027, 1212 en 1213.
Deze beide percelen maken deel uit van het bestemmingsplan "uit
breidingsplan in onderdelen voor de kern Oldeboorn, herziening
1965".
De beide percelen zijn gelegen aan de Boorneoever. Ingevolge genoemd
plan dient vanaf de oever gerekend een bebouwingsvrije strook behouden
te blijven. Echter ingevolge artikel 8 van de bij het plan behorende
voorschriften kunnen garages niet worden opgericht dan op een
afstand van meer dan 7 (bij nr. 74) respectievelijk 4mz (bij nr.
76) uit de voorgevelgrensterwijl voorts de zijdelingse afstand
minimaal 2,5m dient te bedragen.
In hun uiterste consequentie betekenen deze bepalingen dat de
gevraagde garagester plaatse niet kunnen worden opgericht.
Terzake de bovenstaande verzoeken heeft overleg plaatsgehad met
de stedebouwkundige adviseur van de voormalige gemeente Utingeradeel
Van die zijde werd bevestigd dat hier sprake is van een niet
zo evenwichtig geheel. Om aan de uiterste consequenties te ontkomen
en overigens een goede inpassing van de voornemens te bewerkstelligen
werd geadviseerd om medewerking te verlenen mits de garages niet
worden opgericht binnen 3m uit de voorgevelgrens.
Het lijkt ons alleszins redelijk dat, gelet daarop, alsmede op
het gegeven dat een garage/berging heden ten dage een normaal
verschijnsel is, aan de voornemens van verzoekers wordt medegewerkt.
Ons staat daarbij voor ogen, het verlenen van de gevraagde vergunning
via een "artikel 19 -procedure"
Alvorens deze procedure kan worden gevolgd, dient uw raad voor
de betreffende percelen een voorbereidingsbesluit ex artikel 21
van de Wet op de Ruimtelijke Ordening te nemen.
Gezien het vorenstaande stellen wij u voor het voorbereidingsbesluit,
zoals dit in ontwerp voor u bij de raadsstukken ter inzage is
gelegd, overeenkomstig vast te stellen.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boornsterhem,
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.