W GEMEENTE BOORNSTERHEM 21. Voorstel tot vaststelling van een verordening ex artikel 42 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, houdende voorwaarden waarop de ge meente medewerking zal verlenen aan het in bouwexploitatie brengen van grond. Aan de gemeenteraad. Grouw, 10 februari 1984. Het mag als bekend worden verondersteld, dat de gemeente bij de uitgif te van bouwterrein in de verkoopprijs verdisconteert de kosten, ver bonden aan het bouwrijp maken van het complex, zoals de kosten voor de aanleg van straten, riolering, beplanting, dempen van sloten en derge lijke. De billijkheid van deze handelwijze springt in het oog, wanneer men be denkt, dat de grondeigenaren van de aanleg van de werken profiteren, doordat de percelen in waarde stijgen. Zolang de gemeente zelf de gronden in exploitatie brengt, kleven aan het gevolgde systeem geen bezwaren en worden geen extra kosten ten on rechte op de gemeenschap afgewenteld. Anders ligt de zaak echter, wan neer particulieren bij hen in eigendom zijnde gronden in bouwexploitatie brengen.De particuliere bouwexploitant behartigt immers slechts pri vate belangen. Mede in verband met de natuurlijke waardevermeerdering van de aan de bebouwde kommen grenzende eigendommen worden door particulieren veelal overdreven winsten gemaakt, terwijl de gemeente naderhand geplaatst wordt voor de noodzaak om kosten te maken voor een betere vuilafvoer, straatverlichting, beplanting en dergelijke. Het behoeft geen nader betoog, dat een verhaal van kosten achteraf op de grondeigenaren veelal onmogelijk is. Om dergelijke onaangename situaties te voorkomen-, is de wetgever ertoe overgegaan om in artikel 42 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening de gemeenteraad de verplichting op te leggen om terzake een verordening vast te stel len. Deze exploitatieverordening moet ingevolge artikel 42, lid 2, van de ze wet onder meer voorschriften bevatten omtrent: a. de gevallen, waarin en de wijze waarop het treffen van voorzieningen voor doeleinden van openbaar nut afhankelijk wordt gesteld van af stand van grond aan de gemeente; b. het aandeel van de kosten van voorzieningen van openbaar nut, dat ten laste wordt gebracht van de gronden, dfe door deze voorzieningen worden gebaat en de wijze, waarop deze kosten over genoemde gronden worden omgeslagen. Voor het overgaand gebied dat thans bij de gemeente Boornsterhem be hoort, alsmede voor het gebied van de voormalige gemeenten Idaardera- deel en Utingeradeel gelden momenteel dergelijke exploitatieverorde-

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1984 | | pagina 43