- 4 - Op het bouwplan onder 8 zijn van toepassing de voorschriften behorende bij het bestemmingsplan "Uitbreidingsplan in Hoofdzaak" (voormalige gemeente UtingeradeelDe betreffende gronden zijn bestemd voor "agrarische doeleinden, gebied I". Hierop is geen bebouwing toege staan. In het in procedure zijnde bestemmingsplan Buitengebied kennen de betreffende gronden de bestemming "agrarische doeleinden, klasse B"waaraan Gedeputeerde Staten goedkeuring hebben onthouden voor wat betreft dit perceel. Het bouwplan past overigens wel in dit nieuwe plan. Gelet op het vorenstaande, alsmede op het feit dat het gaat om een functionerend agrarisch bedrijf, dat reeds bestond ten tijde van de eerste ter visie legging van het Uitbreidingsplan in Hoofdzaak, achten wij het verlenen van de vergunning middels een "artikel- 19-procedure" zinvol. Voor het volgen van deze procedure geldt hetzelfde wat wij hebben opgemerkt over het bouwplan onder 7. Alvorens wij deze procedures kunnen beginnen, dient, zoals hiervoor ook reeds is gesteld, uw raad voor de betreffende percelen een voorbereidingsbesluit op grond van artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening te nemen. Gezien het bovenstaande stellen wij uw raad voor te besluiten te verklaren dat voor deze percelen een bestemmingsplan wordt voorbereid overeenkomstig de bij de raadsstukken ter inzage gelegde ontwerp-besluiten en zoals aangegeven op de daarbij behorende, gewaarmerkte tekeningen. Burgemeester en wethouders der gemeente Boornsterhem, de secretaris, de burgemeester, P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1984 | | pagina 40