- 14 -
25. Voorstel tot opheffing van het recreatieschap "De Lege Midden".
De heer De Wolf zegt dat hij het genoegen heeft gehad dit recreatieschap van het
begin af te hebben meegemaakt. Dit recreatieschap heeft met wisselend succes ge
werkt. Interessant om te weten is dat door toedoen van dit schap o.a. is voor
komen dat de Marrekriteligplaatsen opgeheven zouden worden; dat het aan boord
overnachten in de Alde Feanen niet is verboden en dat het aanleggen aan de zuide
lijke oever van de Saiterpetten nog steeds mogelijk is.
Verder heeft dit recreatieschap erg veel aandacht besteed aan het basisrecreatie-
plan. Dit basisrecreatieplan kan als het belangrijkste werk van het schap worden
aangemerkt. Helaas is er van dit plan niets terug te vinden in het provinciale
Toeristisch Recreatief Ontwikkelingsplan (TROP)Spreker vraagt zich af hoe dat
kan. Hij vindt het heel erg jammer omdat er in dat recreatiebasisplan veel posi
tieve punten staan ten aanzien van de waterrecreatie.
Het werken in het recreatieschap ging niet altijd van een leien dakje. Spreker
denkt dat de oorzaak daarvan lag in het feit dat er met gekozen bestuurders werd
gewerkt waarvan enkelen niet bekend waren met het gebied waarover gesproken werd.
Hij vindt dat niet verwonderlijk omdat de belangen van de beide andere gemeenten
in dit schap niet direct bij de waterrecreatie lagen.
Hij denkt ook dat in de gegeven situatie het het beste is om dit schap op te heffen,
maar daar moet het niet bij blijven. Het gebied waar het hier om gaat is voor de
waterrecreatie van groot belang. Juist nu door economische omstandigheden de
mensen meer vrije tijd krijgen. Het gaat bij de waterrecreatie niet alleen om
het varen maar ook om aanleggen en activiteiten op de oevers. Daarbij botsen soms
de belangen van recreanten en boeren en natuurbeschermers. Met een goede voorlich
ting en wat eenvoudige voorzieningen kan er toch veel bereikt worden. Verder moet
er gestreefd worden naar integratie van natuurbeheer en waterrecreatie. Misschien
is daarbij wel meer corrigerend, toezicht nodig. Spreker hoopt dat de gemeente
dit gebied in die zin zal blijven beheren.
Dat er na het opheffen van het schap toch nog contact blijft bestaan tussen de
wethouders van de gemeenten die daarin deelnamen, vindt spreker een goede zaak.
Het lijkt hem verder goed dat er naar gestreefd wordt, weer een adviesorgaan in
het leven te roepen dat aan het college of de raad kan adviseren over het water-
recreatiegebeuren. Daarin zullen dan wel mensen zitting moeten hebben die dat ge
bied kennen en zich er voor interesseren. Naast vertegenwoordigers van gemeente,
watersport, sportvissers en landbouworganisaties zouden er ook vertegenwoordigers
moeten komen van natuurbeschermingsorganisaties en een subsidiërende overheidsin
stantie als de Marrekrite.
Ook lijkt het spreker goed dat dat orgaan dan enig gezag krijgt. De gemeente zou
daarbij een rol kunnen spelen door zijn ontheffingen- en vergunningenbeleid en
het maken van bestemmingsplannen. De op dit moment bestaande werkgroep kenmerkt
zich door een zekere vrijblijvendheid.
Een andere moeilijkheid bij de samenstelling van zo'n adviesorgaan is dat deze
gemeente twee watergebieden kent, nl. de Oude Venen ten oosten van Grouw en het
gebied rond Terhorne ten zuiden van Grouw. Het zal moeilijk worden om mensen te
vinden die beide gebieden even goed kennen. Verder moet er ook voor gezorgd worden
dat de groep niet te groot wordt. Hoe dat opgelost moet worden hoeft nu niet bekeken
te worden. Spreker zegt dat zijn fractie wel achter het voorstel van het college
staat, maar dat zij er wel op aandringt binnen afzienbare tijd een adviesorgaan
hiervoor in het leven te roepen.
De hear Bouma seit dat de hear De Wolf in treflike grêfrede hâlden hat foar De
Lege Midden en oer alles wat dér út fuort komt. Dy opmerkings wiene wol terjochte.
Syn fraksje is it iens mei it útstel fan it kolleezje. Fierder woene hja ek mei
de suggestje komme om in breed oerlisorgaan yn te stellen, sa't de hear De Wolf
dat neamd hat. Net om it djoer te meitsjen, mar om it gebiet dat dizze gemeente
omfiemet sa goed mooglik te behearen. Syn fraksje hie tocht oan in kêst 61 kommisje.
Hy freget oft it kolleezje op net al te lange termyn mei in foarset komme kin,
dy dan yn de twadde ófdieling fierder útwurke wurde kin. It liket him wol need-
saaklik om't der mei it ferdwinen fan de Lege Midden dochs in gat fait.
