- 25 -
is uitgesproken: de gemeente is zo groot geworden dat de zon er haast niet meer
onder gaat," wel heel letterlijk geeft genomen. Anderzijds wordt daarmee tot uit
drukking gebracht dat er in de gemeente zaken aan de orde zijn die niet regionaal
en zelfs niet nationaal maar veeleer internationaal opgelost moeten worden. Dat
houdt dan niet in dat de gemeente zich op dat punt aan zijn verantwoordelijkheden
kan onttrekken, maar wel moet men zich realiseren dat de mogelijkheden maar be
perkt zijn.
Door de diverse sprekers zijn zaken uangaande milieu, werkgelegenheid, sociale
aangelegenheden (minima) en vrede aan de orde gesteld. Voor ons nageslacht moet
er ook een perspectief zijn, zodat wij ons moeten afvragen hoe wij met de ons
ter beschikking staande zaken moeten omgaan, aldus spreker.
Er moet daarom op korte termijn een nota komen over het milieu. Aan het goed be
heren van het milieu kan de gemeente, hoe klein ook, een bijdrage leveren.
De werkgelegenheid is een nationale en .internationale zaak, waarin de gemeente
eigenlijk geen bevoegdheden heeft. Zeer incidenteel kan de gemeente een helpende
hand bieden b.v. zoals bij Halbertsma gebeurd is, of het project "Kringloop
Boarnsterhim"Daaruit moet niet afgeleid worden dat de gemeente structureel
iets aan dat probleem zou kunnen doen. De gemeente is zelf één van de grootste
werkgevers in deze gemeente. Door het creëren van deeltijdbanen kan de werkge
legenheid bij de gemeente over zoveel mogelijk mensen verdeeld worden. Dat
daaraan op voorhand, zoals de heer Van den Berg naar voren bracht, de goedkeuring
van de vakbonden verbonden moet zijn, gaat speker te ver.
Het project 'mensen zonder werk' zou, volgens de heer Terra, cursussen moeten
geven voor werklozen die hun kansen op de arbeidsmarkt vergroten. Spreker denkt
dat dat probleem veel genuanceerder is dan alleen het uitbreiden van kennis.
Het werken met behoud van uitkering wordt nu getoetst door de Regionale Coördi
natie Commissie. Het is volgens spreker goed dat dat gebeurt. Op dit moment
is er geen aanleiding om zelf zo'n gemeentelijke commissie in te stellen. Te zijner
tijd zal bekeken worden of dat standpunt gehandhaafd kan blijven.
Mevrouw Aukes heeft naar voren gebracht dat er niet al te selectief gekeken moet
worden bij het aantrekken van werkgelegenheid. Spreker is het daar mee eens als
dat werk betreft dat betrekking heeft op de natuurlijke bronnen van de gemeente
zoals de agrarische bedrijfsvoering en de recreatie. Daar moeten inderdaad moge
lijkheden voor gemaakt worden en bekendheid aan die mogelijkheden gegeven. Daar
aan gekoppeld zullen de belangen van natuur en werkgelegenheid steeds weer tegen
elkaar afgewogen moeten worden.
Spreker is de C.D.A.-fractie erkentelijk voor de uitspraak dat zij deze begroting
vanuit het positieve denken benaderd hebben. Het lijkt hem ook inderdaad beter
dat de hedendaagse economische omstandigheden positief benaderd worden en dat
men niet bij de pakken neer gaat zitten.
Door de P.v.d.A. is een aantal zaken naar voren gebracht waarover een uitspraak
gedaan moet worden. Er wordt gevraagd om een motie te steunen, waarin wordt uit
gesproken dat het 1 juli pakket moet worden vervangen door alternatieven zoals
die gegeven zijn door de vakorganisaties, waardoor korting van de lagere inkomens
niet meer nodig is.
Door mevrouw Aukes is naar voren gebracht dat in deze raadszaal wel eens zaken
aan de orde gesteld worden, die niet hier, maar in Den Haag thuis horen. Spreker
denkt dat door moties en uitspraken van de raad over onderwerpen als kernbewape
ning en bezuinigingen het er niet om gaat dat daarmee zo'n vraagstuk wordt opge
lost, maar dat het er om gaat dat de burger zich ook directer betrokken voelt
bij deze onderwerpen. Het is verder een goede zaak dat de regering ook eens
geconfronteerd wordt met de uitwerkingen van de regeringsmaatregelen zoals die
in de gemeenschap voorkomen.
De P.v.d.A. heeft aan deze motie de vraag;gekoppeld of het gemeentebestuur een
proefproces wil voeren. Het gaat er in dat proces om om aan te tonen dat het niet
meer mogelijk is van de minimumuitkering rond te komen. Op zich staat het college
niet afwijzend tegenover zo'n proces. Het lijkt spreker echter dat als er in een
ander geval naar zo'n proces verwezen wordt, de reactie zal zijn dat het in dat
geval om iemand anders ging en dus niet hoeft te gelden voor iedereen. Het is een