w
mm
25. Voorstel tot het treffen van een
voorziening tijdelijke huisvesting
"Carel van Roordaschool" voor mavo
te Grouw
GEMEENTE BOORNSTERHEM
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 10 augustus 1984.
Sinds een aantal jaren voldoen een aantal vaklokalen van de Carel van
Roordaschool voor mavo te Grouw niet meer aan de minimum oppervlakte
criteria welke door het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen wor
den gesteld.
Als gevolg hiervan heeft de school toestemming extra leraarlessen te
geven in de betreffende vakken. In de loop van 1980 is er door het
ministerie op aangedrongen de mogelijkheden na te gaan om de opper
vlakte van de vaklokalen overeenkomstig de rijks-normering te vergro
ten door middel van interne verbouwing. Uit het door de gemeente inge
stelde onderzoek bleek echter dat niet alleen kon worden volstaan met
een interne verbouwing.
Na onderhandelingen met het ministerie is uiteindelijk een acoord be
reikt over de bouw en verbouw van de vaklokalen en de bijbehorende
nevenruimten
Twee bestaande theorielokalen zullen worden verbouwd tot een gecombi
neerd lespracticum natuur-/scheikundelokaal met bergruimte (zie uw
besluit van 19 juni 1984)
Voorts is van de zijde van het ministerie geen bezwaar tegen uitbrei
ding als tijdelijke huisvesting van:
- een gecombineerd teken/handvaardigheidlokaal
- een adjunct-directeurskamer en
- een algemene berging.
Met betrekking tot de ontvangen rijksvergoeding is in een ministerieel
schrijven van 2 3 maart 1984 meegedeeld, dat de vergoeding voor de uit
bouw zal worden gebaseerd op de regeling "Besluit kostenvergoeding
tijdelijke voorziening in gebouwen of terreinen W.V.O.". Dit houdt in,
dat de stichtingskosten volledig zullen worden vergoed mits het bijbe
horende bouwplan en de begroting van stichtingskosten van de tijde
lijke huisvestingsvoorziening goedgekeurd worden door het ministerie.
Er wordt een vergoeding verkregen tot het bedrag dat jaarlijks nodig
zou zijn voor rente en aflossing van een 25-jarige annuiteitslening.
Tevens wordt nog een vergoeding verleend ter bestrijding van verzeke
ringskosten, alsmede een bepaald percentage van de stichtingskosten
ter bestrijding van de kosten van verbouw, verandering van inrichting
en herstel.