- 2 - In aansluiting op de reeds gedurende vele jaren in de voormalige ge meenten Idaarderadeel, Rauwerderhem en Utingeradeel gevolgde praktijk vanuit de koen 1o.-wetgeving verdient het naar ons oordeel aanbe veling, dat uw raad de aanstelling, de schorsing en het ontslag van de directeur van de openbare basisschool tot zijn taken rekent. Wij achten een argument dat hiervoor pleitdat een dergelijke aanstel ling een grote reikwijdte heeft voor het wel en wee van de betrokken gemeentelijke school en zo breed mogelijk gedragen dient te worden. In dit licht bezien en gelet op het feit, dat de W.B.O. ten aanzien van de benoeming van onderwijsgevende identiek is opgezet als de Wet op het Voortgezet Onderwijs, stellen wij u voor, te besluiten, dat de benoeming van directeuren van de toekomstige openbare basis scholen eveneens door uw college zal geschieden en daartoe te nemen een besluit, waarvan het concept bij de raadsstukken voor u ter in zage ligt. De overige onderwijsgevenden van de openbare basisscholen worden dan door ons benoemd. Tenslotte maken wij van de gelegenheid gebruik op te merken, dat momenteel wordt gewerkt aan het opstellen van een benoemingsprocedure voor de directeuren van de per 1 augustus 1985 uit de huidige open bare kleuter en lagere scholen in deze gemeente te vormen openbare basisscholen. Op grond van de 0.W.B.O. dienen de directeuren zoveel mogelijk te worden benoemd uit de huidige hoofdleidsters en hoofden van de openbare kleuter en lagere scholen. Het ligt in de bedoeling omtrent de te volgen procedure nader overleg te plegen met genoemde hoofdleidsters en hoofden. Zodra dit overleg is afgerond zullen wij de benoemingsprocedure aan uw raad ter vaststelling voorleggen. Burgemeester en wethouders der gemeente Boornsterhem, de secretaris, de burgemeester, P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1984 | | pagina 37