GEMEENTE BOARNSTERHIM
.10.Voorstel tot het nemen van een
tweetal voorbereidingsbesluiten
op grond van artikel 21 van
de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 4 januari 1985.
Bij ons zijn onder andere ingekomen de navolgende aanvragen om
bouwvergunning voor:
1. het uitbreiden van de jachthaven "Oksewiel" te Terhorne;
2. het oprichten van een drietal boorkelders op een perceel land
nabij Terzooi.
Op het bouwplan onder 1 zijn van toepassing de voorschriften behorende
bij het geldende "Uitbreidingsplan in onderdelen, Kern Terhorne
(gedeeltelijke herziening)".
Het bouwplan is geprojecteerd op percelen met de volgende bestem
mingen
a. water;
b. parkeerterrein;
c. groenste;- en wegberm;
d. zomerhuizen.
Het bouwplan voorziet in de oprichting van 68 schiphuizen en e in
dienstwoning. Dit plan is in strijd met de bij genoemde bestemmingen
behorende bebouwingsvoorschriften
Om die reden dient de vergunning formeel te worden geweigerd.
Echter, voor de betreffende percelen is een ontwerp-bestemmingsplan
in voorbereiding, waarover reeds één en ander maal overleg hee-et
plaatsgehad met de Provinciale Planologische Commissie.
In dit ontwerp-plan is de ontwikkeling van deze percelen voorzien
tot jachthaven met dienstwoning.
Aangezien het bouwplan past binnen de planogische visie ten aanzien
van dit gebied, hebben wij het voornemen de gevraagde vergunning
te verlenen middels een "artikel-19-procedure"
Op het bouwplan onder 2 zijn van toepassing de voorschriften behorende
bij het bestemmingsplan Buitengebied (voormalig Rauwerderhem
Op het betreffende perceel (gemeente Rauwerd, sectie H, nr. 239)
rust in hoofdzaak de bestemming "agrarische doeleinden-gebied I",
binnen welke bestemming geen bebouwing mag worden opgericht.
Het ingediende bouwplan is met deze voorschriften niet in overeen
stemming, zodat om formele redenen de vergunning dient te worden
geweigerd.
Echter, bij de aanvrage om bouwvergunning is gevoegd het adviesrapport
van de Provinciale Adviescommissie Toepassing Mijnwet 1810, zoals
dat is uitgebracht terzake het verzoek om boorvergunning.
Uit dit rapport komt naar voren dat, mede door het verbinden van
voorschriften aan te verlenen vergunningen, geen overwegende bezwaren
behoeven te bestaan tegen inwilliging van het verzoek (om boorver
gunning). Wij onderschrijven dit advies en zijn dan ook van mening
dat ook tegen het verlenen van medewerking middels een artikel-19-
procedure" geen overwegende bezwaren behoeven te bestaan.
