GEMEENTE BOARNSTERHIM
14. Voorstel tot vaststelling van een
benoemingsprocedure directeuren van
de per 1 augustus 1985 te vormen
openbare basisscholen in deze ge
meente
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 8 februari 1985.
In uw vergadering van 18 september 1984 (agendapunt 10) heeft
u overeenkomstig ons voorstel besloten dat de bevoegdheden tot
aanstelling, schorsing en ontslag van de directeur van de openbare
basisschool door uw raad zal geschieden.
Aan het slot van het hiervoor bedoelde voorstel, hebben wij opgemerkt,
dat werd gewerkt aan het opstellen van een benoemingsprocedure
voor de directeuren van de per 1 augustus 1985 uit de huidige openbare
kleuter en lagere scholen in deze gemeente te vormen openbare
basisscholen.
Conform onze toezegging, hebben wij omtrent de te volgen procedure
nader overleg gepleegd met de hoofden en hoofdleidsters, hetgeen
heeft geleid tot een ontwerp-benoemingsprocedure, waarmee behalve
de schoolleiders/sters ook het personeel en de (voorlopige) medezeggen
schapsraden voor de openbare kleuter en lagere scholen hebben
kunnen instemmen.
De ontwerp-benoemingsprocedure is als volgt.
I. Het hoofd en de hoofdleidster van de scholen, die tezamen
de nieuwe basisschool gaan vormen, zullen door burgemeester
en wethouders schriftelijk worden gevraagd, of zij zich kandidaat
stellen voor de functie van directeur van de basisschool,
waarbij zich de volgende situaties kunnen voordoen:
a. één kandidaat;
b. meerdere kandidaten;
c. geen kandidaten.
Toelichting punt a. Het advies van het onderwijzend personeel
van de betrokken scholen en de (voorlopige) medezeggenschapsraad,
c.q. de gezamenlijke (voorlopige) medezeggenschapsraden is
in dit geval overbodig.
Toelichting punt b. Burgemeester en wethouders hebben keuze
uit een éénhoofdigeof meerhoofdige schoolleiding (deeltijdfunctie)
Bij de keuze voor een éénhoofdige functie wordt door burgemeester
en wethouders een voorlopige voordracht opgesteld, ten aanzien
waarvan advies wordt uitgebracht door het onderwijzend personeel
van de betrokken scholen en de (voorlopige) medezeggenschapsraad,
c.q. de gezamenlijke (voorlopige) medezeggenschapsraden van
de betrokken kleuter en lagere school.
