19. Voorstel tot het nemen van een
voorbereidingsbesluit op grond
van artikel 21 van de Wet op
de Ruimtelijke Ordening voor een
perceel aan de Feansterdyk te
Akkrum sporthal
GEMEENTE BOARNSTERHIM
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 8 februari 1985.
Door de raad van de voormalige gemeente Utingeradeel is op 30 mei
1983 een voorbereidingsbesluit genomen voor een perceel gelegen
ten westen van de Feansterdyk te Akkrum, ter hoogte van de ingang
naar de Ombocht en het parallelwegje langs de Feansterdyk, teneinde
op die plaats de bouw van een sporthal mogelijk te maken.
Op 20 oktober 1983 is voor het bouwplan de verklaring van geen
bezwaar van Gedeputeerde Staten ontvangen, waarna de bouwvergunning
is verleend op 22 november 1983.
Tegen zowel de afgifte van de verklaring van geen bezwaar als de
aan de gemeente verleende bouwvergunning is door een vijftal bewoners
van de Feansterdyk bezwaar gemaakt, terwijl bovendien nog een ver
zoek om schorsing tegen de verklaring van geen bezwaar werd gericht
tot de Raad van State. Bij besluit van 8 december 1983 is laatst
genoemd verzoek door de Afdeling Rechtspraak van de Raad van State
afgewezen.
Bij brief van 7 juni 1984 hebben wij -gelet op het advies van de
gemeentelijke AROB-commissie- de bezwaren tegen de bouwvergunning
ongegrond verklaard.
De bezwaren tegen de afgifte van de verklaring van geen bezwaar
zijn in een openbare zitting van de AROB-commissie van Gedeputeerde
Staten op 13 juni 1984 aan de orde geweest. Tot op heden is van
Gedeputeerde Staten nog geen definitief bericht ontvangen omtrent
de beslissing op de bezwaarschriften. De reden hiervan is gelegen
in het feit dat het eerdergenoemde voorbereidingsbesluit op 30
mei 1984 is vervallen. Gedeputeerde Staten dienen de zaak in zijn
geheel te heroverwegen en daarbij rekening te houden met nieuwe
omstandigheden
Eén van die nieuwe omstandigheden is, dat er geen voorbereidings
besluit voor het betreffende perceel meer geldt. De consequentie
van één en ander is, dat Gedeputeerde Staten formeel de verklaring
van geen bezwaar niet kunnen afgeven. Van de zijde van de provincie
is ons telefonisch verzocht een nieuw voorbereidingsbesluit toe
te sturen. Tegen inwilliging van dit verzoek hebben wij geen bezwaren.
Wij stellen u derhalve voor een voorbereidingsbesluit vast te stel
len overeenkomstig het bij de raadsstukken ter inzage gelegde ont-
werp-besluit en zoals is aangegeven op de bij dat besluit behorende
en als zodanig gewaarmerkte tekening.
Burgemeester en wethouders der gemeente Boarnsterhim,
de secretaris, de burgemeester,
P.H. Starreveld. B.G. Holtrop.