13. Voorstel tot vaststelling van een beleidsnota dorpsvernieuwing. GEMEENTE BOARNSTERHIM Aan de gemeenteraad. Grouw, 4 april 1985. Teneinde de dorpsvernieuwing in de gemeente Boarnsterhim structureel en planmatig te kunnen aanpakken hebben wijmede naar aanleiding van de inwerkingtreding van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing, onze beleidsvoornemens inzake dorpsvernieuwing voor de periode 1985-1989 in een u toegezonden nota vastgelegd. Wij acht en, af ge zien van het regiem rah eerdergenoemde wet, hetfarmilerenvan beleidsdoelstellingen op langere termijn gewenst, aangezien dit een planmatige en een zoveel mogelijke integrale aanpak van de dorpsvernieuwing bevordert. Door genoemde beleidsvoornemens zo veel mogelijk te baseren op objectieve criteria kan de voortgang van dorpsvernieuwingsprocessen binnen het kader van de financiële mogelijkheden zo goed mogelijk verlopen. Tevens heeft een beleidsnota als de onderhavige het voordeel dat verbrokkeling van aandacht ten koste van kleinere projecten wordt voorkomen terwijl een derge lijke r.cta tot op zekere hoogte de burger inzicht geeft welk oeleid op langere termijn zal worden gevoerd ten aanzien van het dorp waarin die burger leeft en welke financiële beperkingen daarin meespelen. De u toegezonden nota is globaal opgebouwd uit drie gedeelten: a. een beschrijvend gedeelte (inleiding, inventarisatie per dorp en overleg); b. urgentie-indicatie; c. beleidsplan. De hierboven genoemde urgentie—indicatiedie terug te vinden is in het beleidsplan voor de jaren 1985-1989, is tot stand gekomen aan de hand van een aantal criteria die u in het betreffende hoofd stuk van de nota (hoofdstuk 4) nader ziet toegelicht. Aan deze criteria hebben wij een verschillend gewicht toegekend. Het zwaarst is gewogen het criterium van de lopende of in voorbe reiding zijnde projecten. Daarna hebben wij een zwaar gewicht toe gekend aan de zogenaamde primaire criteria zoals technische kwali teit infrastructuur, milieuhinder en dergelijke. Als derde gewichts— categorie hebben wij de meer secundaire criteria aangemerkt zoals bijvoorbeeld het criterium "uitstraling verbetering woningkwali teit", omdat de gemeente in die criteria weinig direct sturende invloed heeft. Het karakter van de nota is die van een leidraad waarlangs het beleid zich naar ons inzicht dient te ontwikkelen. Dit houdt in dat de in de nota neergelegde fasering van de beleidsvoornemens en uitvoering daarvan niet die states moet worden toegekend die een flexibel optreden in voorkomende gevallen in de weg zou staan.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1985 | | pagina 73