GEMEENTE BOARNSTERHIM
30. Voorstel tot het wijzigen van
het monumentenregister van de
gemeente Boarnsterhim met betrek
king tot het pand Akkrum, Smelle-
brêge 1
Aan de gemeenteraad.
Grouw, 7 juni 1985.
Bij brief van 20 februari 1985 heeft het hoofd van de Afdeling
Monumenten en het Ministerie van W.V.C. aan uw raad om advies een
afschrift gezonden van een brief van de H.I.D. van de Rijksdienst
voor de Monumentenzorg, waarin namens de huidige eigenaar van het
pand - Poelsma Beheer B.V te Alkmaar - wordt verzocht het pand
Smellebrêge 1 te Akkrum af te voeren van het register van beschermde
monumenten voor de gemeente Boarnsterhim.
Het pand is in 1969 op de monumentenlijst geplaatst.
In 1970 is het door de voormalige gemeente Utingeradeel aangekocht
van de heer N. de With.
In 1983 heeft het voormalige gemeentebestuur van Utingeradeel e
pand te koop aangeboden. Hoogste bieder werd de heer H.S. Graansma
te Drachten, die het pand aanvankelijk wilde inrichten als eethuisje/
pannekoekhuisje. De raad had hier overwegende bezwaren tegen. Deson
danks heeft de heer Graansma te kennen gegeven het pand te willen
kopen, en daarbij te zullen voldoen aan de door het gemeentebestuur
gestelde eisen, namelijk restuaratieplicht en bestemming voor perma
nente bewoning.
Bij raadsbesluit van 22 augustus 1983 is het pand verkocht aan
de heer H.S. Graansma, waarbij onder andere de koper werdt verplicht
het pand binnen twee jaar na datum van het raadsbesluit te restaureren
en onder het beding dat het pand niet mocht worden gebruikt voor
rereatieve bewoning. Beide bepalingen zijn opgenomen in de akte
van verkoop, waarbij alleen het verbod van recreatieve bewoning
is opgelegd als kettingbeding met een boeteclausule. Bovendien
was in de akte van verkoop opgenomen, dat de woning is bestemd
voor woondoeleinden en niet mag worden gebruikt als eethuisje,
cafetaria of dergelijke.
Het pand is bij akte van 27 oktober 1983 door de heer Graansma
weer doorverkocht aan Poelsma Beheer B.V. te Alkmaar. Tot op heden
is noch door de heer Graansma, noch door Poelsma Beheer B.V. met
de restauratie een aanvang gemaakt.
Het pand verkeert thans in een zeer slechte staat van onderhoud
en is niet meer bewoonbaar. In feite kan het worden aangemerkt
als krot en gevaar voor instorting is niet ondenkbeeldig. Een
deel van de aangebouwde berging is zelfs al ingestort.
Om het pand weer bewoonbaar te maken dient het eigenlijk te worden
afgebrokenwaarna het herbouwd zou kunnen worden.
Volgens artikel 14, lid 2 van de Monumentenwet is het verboden
zonder vergunning van de minister van V.R.O.M. een beschermd monument
af te breken, te verplaatsen af te wijzigen.
I
