W 25. Voorstel tot het aangaan van een over eenkomst tot compromis. GEMEENTE BOARNSTERHIM Aan de gemeenteraad. Grouw, 8 november 1985. Op 8 augustus 1978 heeft de gemeenteraad van de voormalige gemeente Idaarderadeel vastgesteld de partiële herziening 1977 van het bestemmingsplan in onderdelen kern Grouw, voor het terrein van de Blikpôlle. Dit plan, dat nog steeds geldend is, voorziet in de bestemming water op de plaats waar thans schiphuizen staan. Op basis van de in het bestemmingsplan opgenomen overgangsbepalingen kan de exploitatie van de schiphuizen worden voortgezet. De heer Tasma te Grouw huurde van de gemeente een perceel water, waarin een aantal schiphuizen staan (10 stuks). Tevens heeft hij van de dienst der Domeinen een aangrenzend stuk water in erfpacht (10 jaar), waarin 29 schiphuizen staan, waarvan 1 "dubbel schiphuis" (zie bij de raadsstukken liggende tekening). Omstreeks ten tijde van de vaststelling van voornoemd plan, is er met de heer Tasma gesproken over bedrijfsbeëindiging tegen een bepaalde vergoeding, zodat het bestemmingsplan kon worden uitgevoerd. In februari 1980 kwam er een taxatie van de aan Tasma te betalen vergoeding bij bedrijfsbeëindiging. De grondslag van deze taxatie werd door de gemeente Idaarderadeel in ernstige twijfel getrokken, hetgeen resulteerde in een raadsbesluit van 19 augustus 1980, waarbij de raad besloot om de heer Tasma een nader door de raad vast te stellen vergoeding toe te kennen met ingang van de datum van bedrijfs beëindiging. Tot dusver hebben beide partijen geen overeenstemming kunnen bereiken over de hoogte van het toe te kennen bedrag bij bedrijfsbeëindiging. De per 1 januari 1984 formeel afgelopen huurovereenkomst is niet verlengd. Omdat kan worden gesteld, dat bij de heer Tasma door de gemeente verwachtingen zijn gewekt, en beide partijen graag duidelijkheid wensen in deze lang lopende zaak, is overeengekomen, een arbitragecommissie te benoemen aan wiens oordeel het geschil wordt onderworpen. Partijen komen vooraf overeen, welk geschil aan het oordeel van de commissie wordt onderworpen, dat het oordeel over beide partijen bindend zal zijn, alsmede een aantal aangelegen heden van meer procedurele aard. Deze overeenkomst wordt neergelegd in een zogenaamde akte van compromis. Deze concept-akte ligt voor u bij de raadsstukken ter inzage. De mate van bindendheid van het oordeel van de commissie strekt niet zover, dat daaraan ook de daadwerkelijke uitvoering wordt gekoppeld doch betreft alleen de hoogte van het bedrag. Het is dus mogelijk, dat uw raad na kennisneming van de hoogte van het toe te kennen vergoedingsbedrag tot het oordeel komt, dat uitvoering van het bestemmingsplan tegen die prijs niet zou stroken met het algemeen belang dat die uitvoering beoogt te dienen, aangezien de financiële consequenties bij uitvoering te zwaar zouden wegen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Boarnsterhim vergaderstukken gemeenteraad | 1985 | | pagina 112