-2-
Voor het betreffende gebied is voorts in een vergaand stadium het
bestemmingsplan voor het Buitengebied van Tietjerksteradeel (Kroon-
procedure). Met gebruikmaking van een in dit plan opgenomen vrijstel
lingsbevoegdheid is het verlenen van medewerking aan de gevraagde
tweede bedrijfswoning, zij het onder voorwaarden, mogelijk. Omdat
dit bestemmingsplan nog geen rechtskracht heeft, missen wij evenwel
de bevoegdheid om van de vrijstellingsmogelijkheid gebruik te maken.
De enige mogelijkheid om op korte termijn aan het bouwplan mee
te werken bestaat uit het volgen, van een "artikel-19-procedure"
Omtrent het oprichten van deze tweede bedrijfswoning zijn adviezen
ingewonnen van de directies Landbouw en Voedselvoorziening en Lande
lijke Gebieden en Kwaliteitszorg, beide van het Ministerie van
Landbouw en Visserij
Op bouwplan 3 zijn eveneens van toepassing de voorschriften behorende
bij het "Uitbreidingsplan in hoofdzaak Tietjerksteradeel 1960",
volgens welk plan geen bebouwing is toegestaan op het betreffende
perceel met de bestemming "natuurwetenschappelijk waardevol gebied".
Onder stringente voorwaarden is het mogelijk agrarische bebouwing
van het bouwverbod uit te zonderen.
Het betreffende zomerverblijf bestond al ten tijde van de eerste
ter visie-legging, zodat voorts moet worden getoetst aan de overgangs
bepaling. Net als bouwplan 1 voldoet ook dit bouwplan niet aan
de overgangsbepaling.
Formeel moet het verzoek om vergunning dan ook worden afgewezen.
Echter, in het toekomstige bestemmingsplan voor het Buitengebied
van Tietjerksteradeel (Kroonprocedure)is de aanwezigheid van
onder meer de onderhavige zomerwoning in de bestemmingsregeling
voor het natuurgbied als toegevoegde functie recreëren in positieve
zin opgenomen. Aan het betreffende voorschrift hebben Gedeputeerde
Staten goedkeuring onthouden vanwege de te ruime bebouwingsmogelijk
heid voor de bijgebouwen bij deze zomerwoningen. Het onderhavige
bouwplan voor het schiphuis/berging (vergelijkbaar met een garage/
berging bij een permanent bewoonde woning) voorziet in een bebouwde
oppervlakte van circa 30 m2 Qua maatvoering en vormgeving achten
wij dit bouwplan alleszins aanvaardbaar en zijn wij van mening
dat op het toekomstige bestemmingsplan kan worden vooruitgelopen.
Een "artikel-19-procedure" zal worden gevolgd.
Op bouwplan 4 zijn van toepassing de voorschriften behorende bij
het bestemmingsplan Kom Grouw. Het perceel waarop de woningen zijn
geprojecteerd ligt in dat deel van het plangebied waarvoor een
uitwerkingsplan op grond van artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening moet worden opgesteld.
Het ingediende bouwplan past binnen de uitwerkingsregels die bij
het opstellen van het uitwerkingsplan door ons college in acht
behoren te worden genomen.
Om op het uitwerkingsplan vooruit te kunnen lopen is het noodzakelijk
dat het ontwerp van het uitwerkingsplan ter inzage heeft gelegen.
Omdat dit in het onderhavige geval nog niet is gebeurd, kan aan
het bouwplan slechts medewerking worden verleend nadat vrijstelling
van het bouwverbod is verleend op grond van artikel 19 van de Wet
op de Ruimtelijke Ordening. Wij vinden dat aan het bouwplan medewer
king langs deze weg kan worden verleend.